Het provinciebedrijf Westtoer berekende dat de Westhoek in 2015 een half miljoen herdenkingstoeristen verwelkomde. Hiermee werd de doelstelling gehaald die bij de aanvang van de herdenkingsperiode vooropgesteld werd. Westtoer stelt vast dat voor 2015 goede resultaten zijn genoteerd. Franky De Block, gedeputeerde en voorzitter Westtoer: “De verwachting is ingelost. Iedereen weet dat 2014 met bijna 800 000 bezoekers een absoluut topjaar was. Vorig jaar was toch nog 20 procent meer dan 2013”.
Het thema Wereldoorlog I was in 2015 iets minder alomtegenwoordig dan in 2014. In 2015 bezochten 500 500 herdenkingstoeristen de Wereldoorlog I sites. Om dit volume te berekenen doet Westtoer een beroep op de cijfers van 6 musea en 4 begraafplaatsen in de Westhoek: het In Flanders Fields Museum, het Memorial Museum Passchendaele 1917, Talbot House, het Museum aan de IJzer, de Dodengang en Bayernwald, Tyne Cot en Lijssenthoek Cemetery en de Duitse begraafplaatsen in Langemark en Vladslo. Daarnaast worden ook de bezoekers meegeteld die enkel Westfront, het nieuwe WOI-bezoekerscentrum in Nieuwpoort, hebben bezocht.
Meer Vlaamse groepen en scholen ontdekken het oorlogserfgoed
Op de binnenlandse markt doet zich in de Westhoek tegenover 2013 een toename voor van 13%, vooral bij de volwassenengroepen (+37%) en schoolgroepen (+21%). De binnenlandse markt bleef ook in 2015 voornamelijk Vlaams (95%).
Franky De Block, gedeputeerde en voorzitter van Westtoer: “Vlaamse scholen vertonen vandaag meer interesse dan vroeger voor het Wereldoorlog I erfgoed in de regio. Naar de toekomst toe zal het een uitdaging zijn om deze interesse nog verder aan te wakkeren en duurzaam te maken. De actualiteit toont ons dat vredeseducatie voor jongeren belangrijk is. Het tastbare verleden van de Westhoek kan hierin ook ná 2018 een belangrijke rol spelen”.
De toename van het aantal binnenlandse Wereldoorlog I bezoekers in vergelijking met 2013 vinden we vooral terug bij de verblijfstoeristen in de Westhoek (+28%), maar ook bij de dagtoeristen (+8%) en de verblijfstoeristen buiten de Westhoek (+8%). Dit heeft een positief effect op de lokale economie.
De buitenlandse bezoekers in de Westhoek hebben een belangrijk aandeel van 56% in de cijfers van 2015. Tegenover 2013 betekent dit een toename met 15% (in vergelijking met het eerste herdenkingsjaar daalde het aantal buitenlandse bezoekers met 25%). Net als bij de binnenlandse bezoekers bleven tegenover 2013 meer buitenlandse bezoekers overnachten, dit zowel in de Westhoek (+31%) als in de omliggende regio’s (+26%).
Het Verenigd Koninkrijk en Nederland blijven de belangrijkste buitenlandse markten. Het Verenigd Koninkrijk noteerde in 2015 een groei van 8% ten opzichte van 2013. Vooral het aantal Britten met verblijf in de Westhoek nam toe (+22%). Ook meer Nederlanders bleven in de Westhoek overnachten (+20%). De Nederlanders kozen echter minder voor een daguitstap, waardoor in totaal 10% minder Nederlanders de Westhoek bezochten in vergelijking met 2013.
Australië blijft de belangrijkste verre buitenlandse markt, gevolgd door Canada en de Verenigde Staten. Samen met Nieuw-Zeeland noteerden deze verre markten een groei van 25% ten opzichte van 2014 en een verdubbeling tegenover 2013. Vooral Australië en de Verenigde Staten stegen sterk. De opvallende toename in 2015 heeft te maken met het feit dat Australië en Nieuw-Zeeland pas in 1915 bij de oorlog betrokken raakten. Voor deze landen was 2015, en niet 2014, het eerste jaar van de herdenking. Sinds mei 2014 heeft Toerisme Vlaanderen een vertegenwoordiger in Australië.
Het herdenkingstoerisme vanuit Duitsland en Frankrijk nam in 2015 ook toe (resp. +145% en +46% ten opzichte van 2013), maar in bezoekersvolume blijft dit beperkt.
“Het buitenlands aandeel binnen het herdenkingstoerisme is belangrijk en wint relatief gezien zelfs aan belang voor de lokale economie”, zegt administrateur-generaal Peter De Wilde van Toerisme Vlaanderen. “Bovendien zien we dat onze communicatie niet alleen de Westhoek zelf ten goede komt, maar ook Vlaanderen als geheel. Buitenlandse bezoekers die van iets verder komen, combineren het herdenkingstoerisme immers vaak met een verblijf en bezoek aan onze steden, zoals het onderzoek aantoont. Toerisme Vlaanderen blijft dan bij zijn plan om tijdens de komende herdenkingsjaren volop in te zetten op die internationale bezoeker.”
Vooruitblik naar 2016
Gezien er in 1916 geen grote historische gebeurtenissen in Vlaanderen plaatsvonden, ligt de focus van de herdenking in 2016 op initiatieven met een aparte invalshoek. Met tentoonstellingen, theaterwandelingen, evenementen en een speciale editie van het muziekfestival ‘Ten Vrede’ worden in Diksmuide, Veurne, Koekelare en De Panne opmerkelijke vrouwen uit de Eerste Wereldoorlog belicht. Voor het project Menin Road/Ypernstrasse stellen 30 kunstenaars tentoon op en langs de Meenseweg (in Ieper, Zonnebeke, Wervik en Menen). Ook in 2016 loopt het project ComingWorld/RememberMe verder waarbij bezoekers een beeldje uit klei maken als eerbetoon aan de 600 000 slachtoffers die tijdens de Eerste Wereldoorlog in België vielen.
Bij het opvolgen van de bezoekersaantallen voor het Wereldoorlog I-toerisme wordt het Kenniscentrum van Westtoer gesubsidieerd door Toerisme Vlaanderen in het kader van het project Visitor management 100 jaar Groote Oorlog in de Westhoek.
Meer informatie: www.westtoer.be