CAO recreatie nu definitief

We lieten al eerder weten dat de onderhandelaars van werkgevers en werknemers tot een gezamenlijke afspraak waren gekomen. Nu hebben ook de achterbannen van FNV recreatie, CNV Vakmensen, FNV publiek belang en de RECRON het voorstel goedgekeurd. Daarmee kan de nieuwe CAO, met een looptijd van 1 juli 2016 en loopt tot 1 juli 2017, van kracht worden.

receptiegebouw camping De Lakens
receptiegebouw camping De Lakens
De Cao Recreatie geldt voor 18.000 recreatiemedewerkers werkzaam in de recreatiesector. Een belangrijke afspraak tussen de sociale partners in deze cao is de ruimte voor seizoenswerk. Naast de oplossing voor seizoenswerk zijn de sociale partners per 1 januari 2017 een loonsverhoging van 1,75% overeen gekomen. Dit is conform het gemiddelde van de cao’s die in het eerste half jaar van 2016 in Nederland zijn afgesloten.
Met ingang van deze CAO editie vallen de zwembaden niet meer onder de CAO recreatie. Daarvoor werd recent al een eigen CAO Zwembaden afgesloten.

Reactie vanuit de vakbonden
CNV Vakmensen belicht in haar persbericht drie items die voor de werknemers van belang zijn:

  1. Meer invloed op werkrooster: In de cao staan afspraken die de werknemer meer invloed geven op het werkrooster. Ook wordt duidelijker omschreven welke regelingen er zijn om werk, privé en zorgtaken met elkaar te kunnen combineren. CNV Vakmensen vindt het belangrijk dat hierin een goede balans ontstaat, waardoor je je werk ontspannen, met plezier en in goede gezondheid kunt doen. Tijdens de looptijd van de cao zullen we verder onderzoek doen naar mogelijkheden om medewerkers vitaal aan het werk te houden.
  2. Persoonlijk scholingsbudget: Een andere afspraak is de totstandkoming van een persoonlijk scholingsbudget. De precieze invulling moet nog plaatsvinden, maar in deze cao is afgesproken dat de werknemer meer mogelijkheden krijgt om zich te scholen en de positie op de arbeidsmarkt te versterken. Door een scholingsbudget individueel te maken, krijg de medewerker zelf meer regie. De scholing hoeft niet per definitie gericht te zijn op de recreatiesector. Ook loopbaanscans en –trajecten zouden hieruit gefinancierd moeten worden.
  3. Afspraken over seizoenswerk: De nieuwe cao kent ook aparte afspraken voor seizoenswerkers. Als ze aan specifieke voorwaarden voldoen, kunnen medewerkers met een seizoenscontract op tijdelijke basis na een tussenpoos van 3 maanden weer aan het werk gaan, in plaats van de wettelijke termijn van 6 maanden.

Politiek reageert positief
Ook de politiek reageert positief hierop omdat recreatiebedrijven met deze cao weer gebruik kunnen maken van seizoencontracten. Na de sterke lobby van RECRON is de Wet werk en zekerheid (WWZ) eerder dit jaar zo gewijzigd dat rekening wordt gehouden met seizoenswerk, mits in cao afgesproken. Zo hoeven vaste seizoenmedewerkers bij recreatiebedrijven niet na 2 jaar minimaal 6 maanden uit dienst, maar blijft de oude regeling van 3 maanden van toepassing.

Enkele reacties uit de Tweede Kamer:

Bas van ’t Wout, Tweede Kamerlid voor de VVD: “De recreatiesector is een prachtige branche. Miljoenen Nederlanders ontspannen, komen tot rust en hebben gewoon veel plezier op campings, recreatieparken en andere attracties. Keer op keer komen zij dezelfde gezichten tegen. Gemotiveerde mensen, die er eer in scheppen hun gasten een goede tijd te bezorgen. Ik ben blij dat het de VVD gelukt is om een voor de sector heel vervelend uitpakkende bepaling in de Wet Werk en Zekerheid aangepast te krijgen, in een extra akkoord met de Partij van de Arbeid en minister Asscher. Wat daarbij hielp was de goede en concrete wijze waarop RECRON de problematiek richting de politiek verwoordde. Het seizoenswerk zoals we dat gewoon waren is weer gewoon mogelijk. Als ik terugkijk op het afgelopen jaar, zie ik dat Nederland er steeds beter voor staat. Onze welvaart neemt toe en steeds meer mensen vinden een baan. Ik ben er trots op dat de VVD daar een bijdrage aan heeft geleverd. Maar ik kijk vooral met ontzag naar al die ondernemers en hun medewerkers die ons land uit de crisis hebben geholpen. Die stille, hardwerkende meerderheid, dat is de ruggengraat van ons land.”

Pieter Heerma, Tweede Kamerlid voor het CDA: “De WWZ zorgt op de arbeidsmarkt voor problemen. De positie van flexwerkers lijkt te verslechteren en MKB’ers durven nog minder snel personeel aan te nemen. Maar de effecten die de wet had voor de seizoensarbeid waren echt niet uit te leggen en een zeer acuut probleem. Vooral in de recreatie en land en tuinbouw zou het leiden tot een draaideur van personeel waar werkgevers en werknemers beiden niet op zaten te wachten. Daarom hebben we er als CDA steeds voor gepleit dat er een aanpassing van de wet kwam voor de seizoensarbeid. Het heeft veel tijd en discussie gekost, maar het is mooi dat het is gelukt. Dat is goed nieuws voor ondernemers in de recreatiesector en het is goed nieuws voor de werkgelegenheid.”

Steven van Weyenberg, Tweede Kamerlid voor D66: “D66 heeft lang aangedrongen op soepeler regels voor seizoenswerk, bijvoorbeeld in de recreatiesector. Dat is goed voor ondernemers én werknemers. Zo kunnen mensen aan de slag blijven en wordt baanverlies voorkomen. Iedereen snapt dat er op een camping of bij een pretpark in de zomer meer werk is dan in de winter. D66 is blij dat de wet nu is versoepeld en sociale partners in de recreatiesector nu zelf goede afspraken hebben kunnen maken.

Meer informatie:
www.recron.nl
CNV Vakmensen
www.fnvrecreatie.nl.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *