Afgelopen donderdag 4 juli gaf NBTC Holland Marketing in het Palace Hotel Noordwijk inzicht in het boekingsgedrag van de Duitse en Belgische toerist. Anouk Susan (Directeur Duitsland) en Bram Straatman (Directeur Belux) inspireerde een groot deel van het toeristisch bedrijfsleven van Noordwijk met treffende voorbeelden en grappige anekdotes. Belangrijkste conclusie: de Duitsers blijven de belangrijkste buitenlandse markt en de Belgen zijn een potentiële groeimarkt.
Tom van Dijk van Noordwijk Marketing, was er in zijn inleiding helder over: ‘Vorig jaar verbleven 1,3 miljoen Duitsers aan de Nederlandse kust en wisten 270.000 Belgen de weg naar onze stranden te vinden. En dat aantal groeit nog elk jaar. Er zijn nog heel veel kansen en mogelijkheden om de Duitse en Vlaamse toerist naar Nederland – en dan natuurlijk het liefst naar Noordwijk – te halen. Dit is de voornaamste reden om mee te doen aan de internationale kustcampagne van het NBTC.’
Spreek de taal
Er zijn veel manieren waarop je de focus op Noordwijk kunt leggen. Anouk Susan: ‘85% van de Duitse toerist komt voor een herhaalbezoek. Waar ze naar op zoek zijn? Een beleving! Ze willen verrast worden. Als ze hun vakantiebestemming kiezen, willen ze geen foto’s van de accommodatie zien, maar van wat er te beleven is. Vakantie = emotie! Dat moeten verblijfsondernemers laten zien. Maar ook wat de omgeving te bieden heeft.’ Daarnaast vindt ze dat ondernemers zich moeten verdiepen in de Duitse toerist. ‘Spreek zijn taal en leer ze goed kennen. Alleen als je weet wat ze willen, kun je ze bereiken en overtuigen.’
‘Het weer’
Na haar presentatie liet Susan een filmpje zien waarin Duitsers en Belgen praten over de Nederlandse kust als vakantiebestemming. Terugkerend item is ‘het weer’. Susan: ‘Het weer kun je natuurlijk niet beïnvloeden, maar voor de Duitse toerist maakt dat niet uit. Lekker uitwaaien aan zee en strand vinden ze heerlijk. De vertrouwdheid van Nederland vinden ze fijn. De focus voor vakantie vieren in Noordwijk moet misschien wat meer liggen op het voor- en najaar en niet zozeer op de zomervakantie. Want wat we ook zien, is dat toeristen vooral naar Noordwijk komen voor een kort verblijf, van twee tot drie nachten. Dat kan het hele jaar door.’
Rare jongens, die Belgen
Ook de Belgische markt biedt voor Noordwijk nog ruimte voor groei. ‘Afgelopen jaar was er een groei van 8% in het aantal overnachtingen van Belgen in Nederland. En we verwachten nog meer groei’, zegt Bram Straatman, Nederlander van oorsprong, maar al 19 jaar woonachtig in België. ‘Als je aan een Vlaming vraagt wat ze van de Nederlandse kust vinden, hoor je vaak: ‘mooi, veel natuur, maar wel een beetje saai’. Maar Noordwijk is dat totaal niet! Dus daar liggen kansen. Een Belg komt ook niet puur voor het strand richting kust, maar juist ook voor wat er nog meer te beleven is. Amsterdam ligt op een steenworp afstand, attractieparken genoeg in de buurt. Sportief, cultureel, natuur, noem maar op! Vertel de Vlaming het verhaal van je regio. Werk samen met sterkte peilers in de omgeving, om Noordwijk nóg aantrekkelijker te maken.’
Meer aandacht
Jaap Liethof, directeur van de Hotels van Oranje, gaf aan: ‘We kunnen nog veel meer doen met de Belgische markt. We hebben wel veel Belgische toeristen die bij ons verblijven, maar dat aantal kan zeker omhoog.’ Ook Fanny van den Burg van Vakantiepark Duinrust ziet kansen. ‘Ik heb nieuwe informatie en goede tips gehoord, die ik zeker kan gebruiken om de Duitse en Vlaamse markt beter te bereiken. Ik ga er mee aan de slag!’ Noordwijk Marketing zal zich sterk blijven inzetten voor de bekendheid van Noordwijk en hoopt dat ondernemers de Kustcampagne zullen aangrijpen om hun marketing voor Duitsland en België nog beter aan te laten sluiten op de wensen van juist die – grote – groep toeristen. ‘Op die manier zal de Internationale Kustcampagne zeker ook in Noordwijk haar vruchten afwerpen’, aldus de afsluitende woorden van Tom van Dijk.
Meer informatie:
www.nbtc.nl
www.noordwijk.info
Onlangs voerde de Duitse ADAC een onderzoek uit naar de beleving van kustplaatsen. Daarin kwam naar voren dat Nederland ook een relatief duur imago heeft; zeker als het gaat om bestedingen ter plekke. (eten, drinken, boodschappen)