Bij de bezuinigingen van deze tijd heeft het beleidsveld toerisme & recreatie het vaak zwaar te verduren. Veel gemeenten zijn voorzichtiger geworden in het stimuleren van toeristische en recreatieve ontwikkelingen. Vooral op het gebied van promotie wordt het budget drastisch verkleind. Is dat terecht, of moet je nu juist investeren om de aandacht van de toerist te winnen? In dit artikel een visie op het belang van toeristisch beleid en het beschikbaar stellen van middelen voor ontwikkelingen in de vrijetijdseconomie.
Sector kan steun in de rug gebruiken
Als de overheid moet bezuinigen, dan komt het ‘pret-beleidsveld’ toerisme en recreatie, vaak als één van de eersten aan de beurt. Adviseur Dirk van den Hombergh van ZKA snapt deze impuls wel, maar ziet ook een keerzijde: “Met de bezuinigingen worden eerdere investeringen en inspanningen van gemeenten en ondernemers grotendeels teniet gedaan. Het gevaar ontstaat dat als de economische luchten weer wat geklaard zijn, er lager op de ladder gestart moet worden. Dat is jammer en helpt de sector zeker niet. Zeker in deze tijden kunnen ondernemers wel een steun in de rug gebruiken”. Tegelijkertijd zijn er ook provincies en regio’s die een andere koers kiezen; bijvoorbeeld in Overijssel en Noord-Brabant, die fors in het toerisme investeren, mits daar ook tegenprestaties tegenover staan. Dat kan zijn, in de vorm van cofinanciering door ondernemers of het behalen van meetbare doelstellingen. Ook de rijksoverheid heeft onlangs het belang van de gehele ‘gastvrijheidseconomie’ nogmaals onderschreven. Van den Hombergh ziet dat als een goede impuls: “ …al was het alleen maar voor de beeldvorming. Toerisme & recreatie is immers een serieus beleidsveld, met een groeiende economische betekenis.”
Natuurlijk proces
ZKA ziet de keuze voor toerisme ook als een natuurlijk proces: “Sommige overheden haken af, kiezen voor andere economische speerpunten. Het toerisme concentreert zich straks weer in gebieden die écht kansrijk zijn. In feite is het een simpel economisch principe. In de sterke toeristische gebieden van Nederland zoals de kust en watersportgebieden, zal er altijd aandacht zijn voor het beleidsveld. Overheden zullen hun middelen wel steeds doelgerichter willen inzetten. Een ontwikkeling die wellicht bedreigend lijkt, maar juist de sector het meest helpt. Keuzes maken, daar gaat het om.”
Stimuleren én verbeteren
Hoe kan het toeristisch-recreatief beleid in deze tijd dan nog wél effectief worden ingevuld? Voor investeren is vaak onvoldoende geld of prioriteit , en alleen faciliteren is niet (meer) voldoende. Ondernemers zoeken naar meer zekerheid. De oplossing volgens Van den Hombergh: “Met een gezamenlijke strategie liggen er nog veel kansen. Stimuleren én verbeteren van het bestaande, dát is wat er nu nodig is. Je zou het toeristisch beleid 2.0 kunnen noemen. Samen aan de slag, waarbij vooral een bredere blik gehanteerd moet worden: betrek andere sectoren als zorg en detailhandel, kijk over gemeentegrenzen heen en durf te innoveren! Als het regionaal product sterk genoeg is, dan hoeven er immers ook geen zware promotiebudgetten bij de gemeente beschikbaar te zijn.”
Meer informatie over toeristisch beleid? Neem contact op met Dirk van den Hombergh van ZKA, d.vandenhombergh@zka.nl / 06 15 01 15 61
Op twitter: @ZKA_Leisure