Koopzondagen als beleidsinstrument voor economische vitaliteit?

De Tweede Kamer stemde 30 oktober in met het initiatiefwetsvoorstel Winkeltijdenwet van D66 en Groen Links. Het wetsvoorstel schrapt de toerismebepaling uit de Winkeltijdenwet en geeft gemeenten voortaan de vrijheid over het wel of niet toestaan van koopzondagen. Er ontstaat dus meer beleidsvrijheid, maar op welke wijze is deze het beste in te vullen?

Dirk van den Hombergh van ZKA Consultants zag de laatste jaren veel gemeenten worstelen met de opvolging van de winkeltijdenwet. Van den Hombergh constateert: “Veel gemeenten wilden mee in de vaart der volkeren en probeerde koste wat kost gebruik te maken van de toerismebepaling terwijl daar soms slechts een beperkte basis voor bestond.” Enerzijds werd dit ingegeven door de wens de regeldruk te verlagen, anderzijds werd er in veel gemeenten geoordeeld dat de concurrentiepositie op het spel stond. “Deze laatste reden en het daardoor hanteren van een zogenaamde ‘me-too strategie’, is zelden een goede basis voor succes”, oordeelt Van den Hombergh.

Door het schrappen van de toerismebepaling in de nieuwe winkeltijdenwet vervalt waarschijnlijk de verplichting om onderzoek te doen naar de behoefte en belangen zoals de zondagsrust. “De focus verschuift daardoor hopelijk van het voldoen aan de criteria uit de wet, naar het optimaliseren van het effect van de koopzondagen”, zegt Van den Hombergh. Steeds meer gemeenten willen door het toestaan van meer koopzondagen het toerisme bevorderen, de economische vitaliteit van de centra verstevigen en zo het voorzieningenniveau in stand proberen te houden. Uit recent onderzoek in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie bleek nogmaals dat recreatie en toerisme een impuls kunnen geven aan kleine kernen en krimpgebieden. Koopzondagen kunnen bijdragen aan een versterking van de aantrekkingskracht en het toeristisch product. “Dat is zeker waar, maar gemeenten die koopzondagen willen inzetten als economisch beleidsinstrument moeten zich wel realiseren dat koopzondagen niet voor iedere ondernemer een zegen zijn”, aldus Van den Hombergh. “Zeker wanneer het kleine kernen én kleine winkeliers betreft.”

Gemeenten zullen ook met de nieuwe winkeltijdenwet (periodiek) onderzoek moeten blijven doen en nadrukkelijk samen met ondernemers per kern of stadsdeel moeten bezien welke optimale invulling van de winkeltijden de grootste economische meerwaarde oplevert. “Alleen op die manier kan een ruimere zondagsopenstelling als beleidsinstrument worden ingezet en ook doelmatig zijn”, stelt Van den Hombergh, die op dit terrein vaak ervaringen uitwisselt met de winkelstraatmanagers van collega’s van Seinpost Adviesbureau. Hij voegt daar aan toe dat ook ondernemers zelf kritisch moeten kijken naar de eigen openingstijden. Ondernemers moeten bepalen wat het beste verkoopmoment voor hun product is en meer maatwerk leveren. De snel groeiende internet-concurrentie draait 24 uur door. Het winkelgedrag van de consument zal mede daardoor naar verwachting de komende jaren nog ingrijpend veranderen. “Flexibele openingstijden kunnen helpen in deze concurrentiestrijd, mits er een goede afstemming tussen winkeliers bestaat en gemeenten een zorgvuldige afweging blijven maken”, besluit Van den Hombergh.

Meer informatie over koopzondagen? Neem contact op met adviseur Dirk van den Hombergh
06-15 01 15 62 // d.vandenhombergh@zka.nl
Volg ZKA ook op Twitter: twitter.com/zka_leisure

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *