In Mechelen heeft de Vlaamse toeristische sector zijn eerste Staten-Generaal gehouden. Het Raadgevend Comité van Toerisme Vlaanderen bracht op vraag van Vlaams minister van Toerisme Geert Bourgeois ruim 200 vertegenwoordigers uit de brede toeristische sector samen om terug en vooruit te kijken naar de bestemming Vlaanderen. De deelnemers aan de Staten-Generaal debatteerden aan de hand van 4 toekomstgerichte thema’s rond het centrale vraagstuk hoe het toerisme kan uitgroeien tot een economische groeimotor en het economisch rendement van de toeristische sector voor ondernemers en de samenleving verder kan verhogen.
Conclusie: als het ‘wij’-gevoel binnen de ruime toeristische sector toeneemt, kan het toerisme sneller groeien. De sector moet de volgende jaren gezamenlijk acties ondernemen om de reputatie van Vlaanderen te versterken, ondernemerschap in al zijn vormen te bevorderen, grote evenementen op te zetten of uit te spelen en de meetingindustrie krachtiger te ontwikkelen.
Toerismepact 2020
Op de Staten-Generaal kregen de vertegenwoordigers uit de toeristische sector een stand van zaken over de uitvoering van het Strategisch Beleidsplan 2020 voor het toerisme in Vlaanderen en Brussel. Daarmee kregen ze meteen een goed beeld van de actuele situatie waarin de bestemming zich bevindt. Het werd duidelijk dat de toeristische sector best een tandje bijsteekt om de concurrentiepositie van onze bestemming te vrijwaren en te verbeteren.
Begin 2012 ondertekenden talrijke stakeholders het Toerismepact 2020 waarin de sector een gemeenschappelijke missie, visie, krachtlijnen en strategische en operationele doelstellingen formuleert voor het toerisme op middellange termijn. Dit pact is een intentieverklaring van de toeristische sector om samen bij te dragen tot de duurzame ontwikkeling van het toerisme in, naar of vanuit Vlaanderen en Brussel met het oog op meer economisch rendement, tewerkstelling en welzijn. Om dit engagement verder uit te diepen werd op de Staten-Generaal in werkgroepen verder gediscussieerd rond 4 thema’s die de captains of industry van de sector als cruciaal naar voor schuiven. Voor elk thema werden ideeën verzameld.
De toeristische sector erkent het belang van de merkessentie van het baanbrekend vakmanschap om de reputatie van Vlaanderen te versterken, maar met respect voor de eigenheid van de verschillenden deelbestemmingen. De sector pleit voor specifieke inspanningen om de merkessentie te vertalen naar deelsectoren. Om het ondernemerschap te versterken, pleit de sector o.a. voor een pool van toeristische experts waar lesgevers uit het onderwijs een beroep op kunnen doen. Ook ruimere stagemogelijkheden en nieuwe vormen van kapitaalsgaranties werden opgeworpen. Voor de organisatie van grote events is er behoefte aan coördinatie bij de samenwerking tussen publieke en private partners en een platform voor de uitwisseling van kennis en goede praktijkvoorbeelden. De meetingindustrie signaleert de nood aan kwaliteitsvolle infrastructuur. Een instrument om die te realiseren is een tax-shelter naar het model van de filmindustrie. Ook voor het congrestoerisme is er behoefte aan vormingsprogramma’s voor de uitbaters en effectiever overleg tussen de stakeholders.
Het Raadgevend Comité zal de vele ideeën beoordelen en verwerken om tot minstens vijf doorbraakprojecten te komen waar de toeristische sector de schouders wil onderzetten.
Vlaams minister van Toerisme Geert Bourgeois gaf de slotboodschap mee. “Het doet mij plezier om te zien hoe hier vandaag, los van alle particuliere belangen, is samengewerkt om toerisme als belangrijke bron van welvaart en welzijn hoog op de agenda te plaatsen en te houden. Zo’n 200 professionals hebben al hun kennis, ervaring en creativiteit ingezet om ideeën te ontwikkelen en samen de toekomst van het toerisme in Vlaanderen en Brussel voor te bereiden. “