Voorzitter Hans Biesheuvel van MKB-Nederland roept gemeenten op de onroerend zaakbelasting voor bedrijven te verlagen. Hij constateert dat veel gemeenten de OZB verhogen met percentages ruim boven het inflatieniveau, terwijl tussen VNG en het Rijk is overeengekomen om dat nu juist niet te doen.
De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft met het Rijk afgesproken de opbrengsten van de OZB gezamenlijk onder het inflatieniveau te houden, de zogenoemde macronorm. Lokale bestuurders moeten deze macronorm om zetten in een individuele standaard voor de eigen gemeenten. Alleen zo doen ze recht aan de tussen Rijk en VNG gemaakte overeenkomst, zo betoogt Biesheuvel vandaag bij de lancering van MKB-Utrecht als afdeling van MKB-Nederland. Biesheuvel vindt dat gemeenten zelfs verder moeten gaan om het lokale bedrijfsleven te ondersteunen, en de OZB moeten verlagen.
De ondernemersorganisatie stuurt alle Colleges van burgemeester en wethouders deze week een brief met het verzoek te beloven de OZB in hun gemeente met niet meer dan het inflatiecijfer te verhogen (de zogenoemde micronorm). Gemeenten die gehoor geven aan deze oproep en het belofteformulier retourneren, krijgen een vermelding op de website van MKB Nederland www.mkb.nl/ozb.
De macronorm is zowel in 2012 als in 2013 overschreden. In 2013 valt de verhoging van de OZB-opbrengsten zelfs bijna 40 procent hoger uit dan de macronorm voorschrijft.
MKB-Nederland pleit daarom voor een micronorm waarin gemeenten de OZB-opbrengsten maximaal verhogen met het percentage van de inflatie. Ondernemers weten dan waar zij aan toe zijn in hun vestigingsplaats. Dit geeft hen ten minste op dit punt houvast in deze onzekere tijden.
Bron: MKB Nederland
Impact op de recreatiesector
Ook voor het recreatief bedrijfsleven is de OZB een kostenpost. Het onroerend goed op recreatiebedrijven komt hier voor in aanmerking (dus wel de bungalows en andere niet-verplaatsbare objecten, maar niet de caravans.) Leon Jobse van ZKA leisure consultants heeft wel enig begrip voor de gemeenten: “Als je kijkt naar gemeenten, dan zie je dat zij ook een lastige opgave hebben om hun begrotingen sluitend kunnen krijgen. De kosten voor OZB wegen in het prijskaartje voor de recreant relatief minder mee dan de gemiddelde toeristenbelasting. Maar in een kritische markt met krappe marges is dit wel een onderdeel dat meetelt. Sleutelen aan de OZB is voor de toeristische/recreatieve sector een betere keuze dan verhoging van de toeristenbelasting. Hiermee worden de kosten immers meer gespreid over een bredere groep.”
Meer informatie: www.zka.nl