Moeten gemeentelijke jachthavens hun prijzen verhogen? Dat is de kwestie in een rechtszaak tussen de gemeente Hellevoetsluis en de Autoriteit Consument en Markt (ACM).
Afgelopen vrijdag diende het hoger beroep van de gemeente Hellevoetsluis tegen de Autoriteit Consument en Markt (ACM). Het betreft een zaak rond oneerlijke concurrentie tussen gemeentelijke en commerciële jachthavens waaronder Marina Hellevoetsluis. De rechter moet nu beslissen of de gemeente zijn prijzen moeten aanpassen. Brancheorganisatie van de watersport HISWA steunt Marina Hellevoetsluis. Deze uitspraak heeft echter grote gevolgen voor alle jachthavens in Nederland.
Koste wat kost
Arie de Boom Holding BV, eigenaar van Marina Hellevoetsluis in De Vesting, maakte de zaak twee jaar geleden aanhangig. Doordat de gemeente Hellevoetsluis vaste ligplaatsen in boxen ver onder de marktprijs (en kostprijs) aanbood, leed de onderneming onacceptabele schade. Marina Hellevoetsluis is al eerder in het gelijk gesteld door de ACM. De ACM oordeelde dat de gemeente alle kosten moet doorberekenen in de prijs van de ligplaats. De gemeente blijft echter tot op heden volharden in de huidige tarieven. Directeur Alex de Boom van Marina Hellevoetsluis: “Het is algemeen bekend dat op landelijk niveau structurele overcapaciteit is van ligplaatsen. Het kan dan ook niet de bedoeling zijn dat een gemeente koste wat kost ook aanbieder op deze markt wil blijven ten nadele van de belastingbetaler.”
Overtreden van regels
De ACM oordeelde vorig jaar dat de gemeente Hellevoetsluis niet alle kosten volledig meenam in de berekening van de vaste ligplaatstarieven en daarmee de Wet Markt en Overheid overtrad. Onder meer omdat de gemeente de (grond)waarde van de ligplaatsen niet meerekende en ook geen rekening hield met kosten voor onderhoud van kades en sluizen, het uitbaggeren van de haven en het bedienen van de bruggen en sluizen. HISWA weet dat het door gemeenten onder de marktprijs aanbieden van vaste ligplaatsen een probleem is voor tientallen jachthavens. Stijn Boode, manager afdeling recreatie bij HISWA: “In de meeste gevallen vinden gemeenten het lastig om alle kosten goed door te berekenen. Het gaat namelijk om aanlegkosten en alle lopende kosten. Die lopende kosten zijn lang niet altijd goed in beeld omdat ze door de gemeentelijke diensten worden uitgevoerd. Denk aan de afval- en reiniging, toezicht en handhaving maar ook de energielevering.”
Ondernemertje spelen
De Wet Markt en Overheid is onderdeel van de Mededingingswet en schrijft voor dat overheden wanneer zij door middel van economische activiteiten een product of dienst aan de markt aanbieden zich aan een aantal gedragsregels moeten houden, zoals het doorberekenen van de integrale kosten. Dit om geen oneerlijke concurrentie met marktpartijen te creëren. VVD-Tweede Kamerlid Erik Ziengs (Economische Zaken) werkt momenteel aan een aanpassing van de Wet Markt en Overheid. “Wij krijgen vaker signalen dat het ondernemers moeilijk wordt gemaakt door activiteiten die via de overheid worden aangeboden. De overheid moet echter niet ondernemertje spelen. Daarom heb ik samen met een collega van D66 de wet nog eens onder de loep genomen. De overheid moet zich bij haar kerntaken houden en we moeten ondernemers alle ruimte bieden om te doen waar zij ook daadwerkelijk goed in zijn: ondernemen.”
De uitspraak van de rechter wordt over enkele weken verwacht.