Musea vragen extra noodsteun en herstelplan voor 2022

Het aantal museumbezoeken is in 2020 als gevolg van corona met 60 procent gedaald, naar 13,2 miljoen. Een jaar eerder was dat nog 33 miljoen. Voor 2021 verwacht de Museumvereniging een nog verdere daling naar 9,7 miljoen bezoeken.

Foto: Rijksmuseum Amsterdam

De daling van buitenlands bezoek was zelfs 82 procent: van 10 miljoen in 2019 naar 1,8 miljoen in 2020. Dit blijkt uit Museumcijfers 2020, de jaarlijkse branchecijfers van de Museumvereniging.

Hoofdoorzaken van de dalingen zijn de verplichte sluitingen van musea, de beperkingen van het maximaal aantal mensen in het museum en de krimp van het toerisme. De vereniging doet daarom een dringend appèl op het kabinet voor blijvende sectorspecifieke noodsteun vanaf het vierde kwartaal én 2022. Om de crisis door te komen, zijn tot de zomer van 2022 sowieso extra investeringen nodig.

Sectorspecifieke noodsteun

De eigen inkomsten van musea hebben meer tijd nodig om te herstellen. Er gelden immers nog coronabeperkingen. Verder hebben kleinere musea weinig noodsteun ontvangen en daardoor op hun reserves ingeteerd. Vooral bij grote musea worden buitenlandse toeristen gemist. De Museumvereniging doet een dringend appèl aan het demissionaire kabinet voor sectorspecifieke noodsteun, ook na het derde kwartaal van 2021. In het vierde kwartaal lopen musea naar verwachting 65 miljoen euro aan eigen inkomsten mis, en in de eerste helft van 2022 zal dat onder vergelijkbare omstandigheden niet anders zijn. Met extra steun kunnen musea de periode van vraaguitval overbruggen en kan de kwaliteit van het aanbod overeind blijven, waarmee de spreiding van cultuur over alle regio’s gewaarborgd blijft. Hiervoor is een landelijk herstelfonds onmisbaar.

Daarnaast roept de Museumvereniging alle overheden, fondsen, gulle gevers en vrienden van musea op om musea te steunen, zodat musea het publiek veel moois kunnen blijven bieden. Grote en kleine musea, in alle regio’s en met onderwerpen voor iedereen. Musea kijken weer vooruit en willen aan de slag met nieuw aanbod, voor zowel trouwe als nieuwe bezoekers. Er zijn nieuwe activiteiten nodig om meer publiek te trekken, zoals tijdelijke tentoonstellingen en speciale evenementen. Juist ook voor bezoekers uit Nederland. Daarvoor zijn investeringen hard nodig.

Inkomsten, noodsteun en bezuinigingen in 2020

Door de grote daling van het aantal bezoeken halveerden de eigen inkomsten van musea, met 250 miljoen euro. Dit is opgevangen door een combinatie van noodsteun en bezuinigingen. De ontvangen noodsteun bedroeg 149 miljoen euro. Daarvan kwam het grootste deel van het Rijk en slechts 12 miljoen euro van gemeenten, terwijl meer dan de helft van de musea de gemeente als hoofdfinancier heeft. Kleinere musea ontvingen in verhouding weinig steun en hebben vaak ingeteerd op hun reserves. Grotere musea zijn 2020 in de regel goed doorgekomen, mede dankzij de noodsteun.

Tegelijkertijd hebben musea ook bezuinigd. In totaal sneden ze 125 miljoen euro in de kosten, voornamelijk door het aantal tentoonstellingen flink te verminderen, met 29 procent (van 2.256 naar 1.605). Ook daalde de werkgelegenheid met 6.800 personen naar 35.000 personen. Dit betreft hoofdzakelijk personeel in loondienst (met een afname van 470 fte en 4,4 procent) en vrijwilligers en stagiairs (met een afname van 320 fte, wat neerkomt op 11,5 procent). In 2021 worden verdere ontslagen verwacht bij ongeveer een derde van de musea, bleek dit voorjaar uit een enquête van de Museumvereniging.

Museumkaart: 5 miljoen bezoeken

Museumkaarthouders bleven musea trouw. Het aantal kaarthouders daalde met 60.000, maar zit nog steeds op ruim 1,3 miljoen. De kaarthouders brachten in 2020 5 miljoen bezoeken, ruim de helft van de 9 miljoen in 2019. Doordat de daling van het aantal bezoeken met andersoortige toegangskaarten sterker daalde, groeide het aandeel van de bezoeken met een Museumkaart.

Bron en meer informatie: www.museumvereniging.nl

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *