Religieus erfgoed en de kansen voor toerisme

Nederland en de landen om ons heen zijn rijk aan monumentaal erfgoed, variërend van kerken, abdijen en kloosters, tot forten, boerderijen en kastelen. Ook steeds meer oude fabrieksgebouwen kunnen aan dit rijtje worden toegevoegd. De maatschappelijke waarde van dit erfgoed wordt breed onderkend. Het vinden van een nieuwe functie is echter geen eenvoudige opgave. Graag zoomen we in op een bijzondere en snelgroeiende categorie: het religieuze erfgoed.

kerkje hergebruikt

Traditionele functies verdwijnen
Iedere week komen er in Nederland maar liefst twee kerkelijke gebouwen leeg te staan. Ze verliezen hun oorspronkelijke religieuze functie en door de hoge kosten voor instandhouding staat het behoud van deze meestal beeldbepalende gebouwen sterk onder druk. Door herontwikkeling en het anders benutten kan dit erfgoed voor de toekomst worden behouden. Door de huidige economische situatie trekken marktpartijen die voorheen in dergelijke ontwikkelingen doorgaans het voortouw namen, zich steeds vaker terug. “Dat geldt zeker op plekken die commercieel minder interessant zijn of die niet in een stedelijke omgeving liggen”, onderstreept adviseur Dirk van den Hombergh. De uitdaging is een nieuwe rendabele functie te vinden. “Maar we moeten ook realistisch zijn: niet voor elk kerkgebouw gaan we een rendabele functie vinden. Niet in iedere leegstaande kerk of verlaten klooster kan een hotel, congrescentrum of creatieve broedplaats voor kunstenaars gerealiseerd worden”, stelt Van den Hombergh. Wonen of zorg wordt ook steeds vaker als mogelijkheid gezien. “Maar ook daarvoor is de markt klein of zijn de gebouwen soms simpelweg ongeschikt of niet geschikt te maken”. Het gaat om maatwerk, waarbij op lokaal niveau door middel van een brede scan met een creatieve blik naar nieuwe functies gezocht moet worden. Subsidiemogelijkheden maken functieveranderingen van o.a. religieus erfgoed realiseerbaar.

Balans tussen religie en toeristisch product
Een bijzondere categorie zijn religieuze gebouwen die (deels) nog in functie zijn, maar die wel toeristisch meer benut kunnen worden. In dat geval gaat het om de balans tussen het karakter of wellicht ‘de ziel’ van het gebied en economische potentie op het gebied van toerisme. “Dat ondervinden we nu bijvoorbeeld bij ons onderzoek naar de toeristische mogelijkheden van Abdij van Park in het Belgische Leuven. Daar is het vooral de bedoeling dat het erfgoed weer een functie gaat krijgen binnen haar omgeving en in dit geval ook een meerwaarde kan zijn voor het toeristisch product van de stad Leuven”, vertelt Van den Hombergh.

Gevoel voor karakter en commercie
Aandacht en ‘gevoel’ voor het karakter van het erfgoed en anderzijds juist mogelijkheden te scheppen voor een gezonde exploitatie zijn van belang. Natuurlijk ook de passendheid binnen het bestaande aanbod en positionering van de gemeente of regio. Wil religieus erfgoed als bezienswaardigheid toeristisch interessant zijn dan moet je niet stoppen bij de herontwikkeling van het gebouw, maar naar de brede context kijken. Zo zijn de ontsluiting richting andere bezienswaardigheden en de stedenbouwkundige inpassing zeer belangrijk. Vele partners zijn nodig om succesvol te zijn. Een interessant proces waar we door onze brede ervaring, ook samen met Seinpost, alle ‘tools’ voor in huis hebben. Het uiteindelijke doel wordt mooi samengevat in de slogan die Leuven in haar citymarketing gebruikt: Eeuwenoud, springlevend!

meer informatie: www.zka.nl

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *