Hoe staat Nederland ervoor? Coalitieakkoorden bekeken door een leisure-bril

Ruim vijf maanden geleden vonden de gemeenteraads-verkiezingen plaats. Inmiddels zijn de coalities gevormd en de akkoorden opgesteld. Maar wat kunnen al deze akkoorden ons vertellen over hoe het er voor staat in Nederland? Alle (politiek) belangrijke onderwerpen komen aan bod en daarmee zijn de coalitieakkoorden een mooie graadmeter. Diverse structurle beslissingen hebben ook gevolgen voor de leisure-sector. 

Bij ZKA Leisure Consultants hebben we daarom samen met ons zusterbedrijf Seinpost Adviesbureau ruim 160 coalitieakkoorden doorgelicht – op zoek naar de staat van Nederland. Hierbij hebben we vanzelfsprekend gekeken naar de onderwerpen die relevant zijn gezien door onze ‘vakbril’. We delen onze belangrijkste conclusies en gaan daarbij in op de thema’s duurzaamheid, compacte centrumgebieden, eigen identiteit/toeristische aantrekkingskracht, leefbaarheid, omstreden voorzieningen en tot slot: hoe zet je plannen om in uitvoering, inclusief participatie.

Duurzaamheid: van goede voornemens naar praktische uitvoering
In vrijwel geen enkel coalitieakkoord ontbreken woorden als duurzaamheid en circulaire economie. Maar hoe je duurzaamheid als thema kan verankeren in je gemeentelijke organisatie en beleid – dàt blijkt vooralsnog de voornaamste uitdaging te zijn. Duurzaamheidsambities zijn nog onvoldoende verankerd in gemeentelijk beleid, denk aan ruimtelijke planning, centrumvisies, groenbeleid, toeristisch-recreatief beleid en mobiliteit. Want hoe combineer je het nastreven van een aantrekkelijk vestigingsklimaat (fijn wonen, werken en recreëren) met bijvoorbeeld het opwekken van duurzame energie? We kennen allemaal de verhalen van burgers die protesteren tegen windparken en horizonvervuiling en de eerste effectstudie van een zonnepark op de verblijfstoeristische sector heeft ZKA inmiddels afgerond. En wat is er voor nodig om je stad voor te bereiden op de klimaatverandering? In de Bloemerstraat in Nijmegen combineert Seinpost samen met gemeente en ondernemers bijvoorbeeld een prettige verblijfsomgeving met verduurzaming. Denk aan de vergroening van gevels en terrassen voor het tegengaan van hittestress en wateroverlast en het verduurzamen van vastgoed.

Ons landschap zal de komende jaren ingrijpend veranderen. Met een integrale aanpak en door samenwerking van verschillende partijen overkomt deze verandering ons niet zomaar, maar kunnen we actief sturen, verschillende doelstellingen combineren en daarmee het effect vergroten.

Op naar een compact centrumgebied?
Voor veel kleine tot middelgrote kernen blijft leegstand-problematiek een uitdaging. In de coalitieakkoorden van deze steden staat dan ook doorgaans inkrimping of herstructurering van het centrumgebied op de agenda. Het startpunt hiervoor is vaak het verzamelen van cijfers die inzicht geven in de situatie, zoals aandeel leegstand, bezoekersstromen, branchering etcetera. Dit is een cruciale stap omdat cijfers het gevoel van urgentie kunnen versterken. Aan de andere kant kunnen deze ook een probleem verhullen. Zo kwamen we in Brielle tegen dat het aantal leegstaande panden stabiel was gebleven over de jaren heen. Volgens sommige stakeholders was er dan ook geen sprake van problematiek. Echter in diezelfde periode nam het totaal aantal retailverkooppunten af, doordat (leegstaande) panden werden omgevormd tot woningen of kamerbewoning voor arbeidsmigranten – allemaal mogelijk onder de centrumbestemming. Ook werden ondertussen de supermarkten, het theater en de bibliotheek buiten de vesting verplaatst. Het functioneren en de structuur van het centrum staat daardoor wel degelijk onder druk. Voor de herstructurering van centrumgebieden kijken we dan ook verder dan de cijfers en we houden onze opdrachtgever en de stakeholders een spiegel voor. En het houdt niet op bij een mooi plan – met het combineren van de juiste instrumenten en enthousiaste stakeholders begint verandering pas echt.

Touroperators op bezoek bij De Librije in Zwolle.

Eigen identiteit accentueren of aansluiten bij de regio?
Nederland ligt vol met top-toeristische bestemmingen: grote en kleine steden (van historisch tot modern) en toeristische regio’s (met water, heuvels, bossen of heide). Groningen, Giethoorn, Goeree-Overflakkee, Gulpen-Wittem: zelfs al kies je maar één beginletter, de toeristisch-recreatieve bestemmingen zijn eindeloos. En ‘er even tussenuit’ in het buitenland is net zo makkelijk en niet duurder dan in Nederland blijven. De concurrentie tussen bestemmingen is dus groot en elke bestemming wil de aandacht trekken van consumenten. Als kleine of middelgrote gemeente is het daarom het meest logisch en ook het meest doeltreffend om je in de destinatiemarketing aan te sluiten bij de regio. Voor dezelfde investering heb je immers een groter bereik. Toch zien we in de coalitieakkoorden terug dat met name kleine tot middelgrote gemeenten op zoek zijn naar hun eigen identiteit. Naast een onderdeel zijn van de regio en de regionale marketing, willen ze ook zelf (weer) aan marketing doen – zich onderscheiden binnen de regio met een eigen smoel en eigen kernwaarden.

Dit is een interessant signaal. Want betekent dit dat de regionale marketingorganisaties in hun huidige opzet er onvoldoende in slagen om de gehele regio te representeren? Of is dit een reactie om lokale ondernemers tevreden te houden? Of zijn we doorgeschoten in het denken dat lokale identiteit, authenticiteit en kernwaarden dé unieke verhalen en belevingen kunnen bieden waar toeristen naar op zoek zijn, en dus per definitie interessant zijn?

Het heeft ons in ieder geval aan het denken gezet. We weten hoe we de juiste vragen kunnen stellen om te onderzoeken wat de achterliggende drijfveren zijn. We nemen deze vragen mee in onze onderzoeken. Want toerisme blijft maatwerk. Wat voor de ene bestemming werkt, kan voor een andere bestemming een tegenovergesteld effect hebben.

Leefbaarheid in plattelandsgemeenten
In de plattelandsgemeenten is het bewaken of versterken van de leefbaarheid een veel voorkomend onderwerp in de coalitieakkoorden. Hierbij gaat het om de leefbaarheid in de kernen – door onder andere het voorzieningenaanbod op peil te houden – én de leefbaarheid in het buitengebied.

De landbouw staat als landschappelijke én economische drager in het buitengebied op veel plekken onder druk. Het resultaat is een dreigende verrommeling en leegstaande stallen. Het opstellen van een integrale plattelandsvisie is volgens veel gemeenten nodig om dit te voorkomen.

Een dergelijke visie is volgens ons een mooi startpunt om ambities (per deelgebied/dorp) vast te stellen. Vervolgens is het echter wel zaak om daadwerkelijk met de stakeholders in het gebied aan de slag te gaan. In Elsendorp begeleidt Seinpost dit traject. Gestart is met keukentafelgesprekken: Wat zijn individuele toekomstplannen? Wat is nodig om deze te realiseren? En vooral op welke manier kan dit bijdragen aan het gemeenschappelijk belang. Vervolgens zijn wensen en stakeholders aan elkaar gekoppeld. Dit heeft geleid tot een aantal concrete plannen in het buitengebied waarmee ontwikkelruimte gekoppeld is aan diverse opgaven zoals het slopen van stallen, huisvesting van arbeidsmigranten en/of het opwekken van energie.

Wij constateren dus dat het opstellen van een visie een mooi en cruciaal startpunt is, maar dat voor de realisatie één op één gesprekken met de stakeholders nodig zijn om de visie te kunnen realiseren.

Omstreden voorzieningen
Andere onderwerpen met betrekking tot leefbaarheid die in veel gemeenten op de politieke agenda staan zijn 1) omstreden voorzieningen, zoals prostitutiezones en coffeeshops en 2) ondermijnende criminaliteit, zoals hennepteelt, mensenhandel en witwassen. De vraagstukken worden gesignaleerd, maar de manier waarop ze aangepakt dienen te worden is lastig te bepalen. Wat is een geschikte locatie voor de tippelzone? Hoe betrek je de buurt hierbij zonder onrust te zaaien? Op basis van welke factoren hak je vervolgens de knoop door? En wat betreft ondermijnende criminaliteit: Hoe kun je voorkomen dat panden in een winkelstraat telkens weer opnieuw gevuld worden met dubieuze ondernemers? Wat is de rol van de vastgoedeigenaren in het proces? Hoe krijg je hen zo ver dat ze voorbij het korte termijn winststreven gaan kijken? Met beiden type vraagstukken heeft Seinpost Adviesbureau veel ervaring. Kernwoorden in de aanpak daarbij zijn persoonlijke benadering, transparante communicatie, integraal werken én leiderschap.

Samen aan de slag
De zomer is voorbij en het is voor gemeenten dus tijd om aan de slag te gaan met de uitvoering. Ten aanzien van de manier waarop voorgaande onderwerpen aangepakt dienen te worden zien wij twee duidelijke opvattingen.

Participatie
De komende vier jaar worden er in Nederland veel gemeentelijke beleidstukken, visies en projecten samen met ondernemers en burgers opgezet. Althans, de coalitieakkoorden onderkennen breed het belang van participatie van stakeholders. In ons werk lopen we voorafgaand aan een dergelijk traject echter steeds vaker tegen zogenaamde ‘participatiemoeheid’ aan. Voor elke nieuwe visie of beleidsactualisatie kan je als burger of ondernemer een uitnodiging verwachten om deel te nemen aan één of meerdere sessies, ronde tafels of inspraakavonden, maar in de praktijk zien de stakeholders hier (nog) te weinig hun input terug. Wat vaak ontbreekt is transparantie vanuit de gemeente. Is er budget beschikbaar voor ontwikkeling van de toeristische sector of revitalisatie van het centrumgebied, of juist niet? En zo ja, wat zijn daarvoor de kaders? Durf dit dan te benoemen.

Participatie is een kunst – niet alleen het samenstellen van het juiste traject in een vorm die past bij de context en het doel, maar ook het verwachtingsmanagement is cruciaal om stakeholders écht te betrekken. Anders kan je aan het einde van het traject wel het vakje participatie afvinken, maar ontbreekt de beweging of betrokkenheid die je eigenlijk wilt bereiken.

Van papier naar doen
Tot slot was opvallend, dat ten opzichte van coalitieakkoorden van de vorige periode, meer gesproken werd over de uitvoering. De tijd van veel visies schrijven lijkt ruimte te maken voor actiegericht met elkaar aan de slag gaan. De gemeente zit hierbij als gelijkwaardige partner aan tafel. Dit is een rol die voor beleidsmakers soms onwennig kan voelen.


Met dank aan:
Martine Mollema (via 06 868 358 05, m.mollema@zka.nl) en Annelies de Witte (via 06 531 287 29, a.dewitte-romme@seinpost.com)

Naast onderzoek en visievorming is Seinpost Adviesbureau altijd erg actief geweest in de uitvoering, en ook de ZKA-adviseurs zijn hier geregeld bij betrokken als het gaat om leisure vraagstukken. De vertaalslag van visie naar uitvoeren, bewaken van eigen rol en borgen van actiegerichte samenwerking zit daardoor in het bloed van de adviseurs, zodat naast de realisatie van quick wins ook de grotere opgaven gezamenlijk aangepast kunnen worden.

www.seinpost.nl
www.zka.nl

Eén reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *