In de eerste helft van het jaar daalde het bezoek met 12,6%. Hierbij speelt het ontbreken van kaskrakers een zeer belangrijke rol. Maar ook de weersomstandigheden hadden een negatieve invloed op het bezoek: de hoge temperaturen zijn een zegen voor wijnboeren en strandtenten, maar een domper voor bioscopen. Consumenten maken andere keuzes, bijvoorbeeld voor kinderfeestjes en uitjes.
Wij hebben over een langere periode de temperaturen en het bioscoopbezoek tegen elkaar afgezet. Een regressie-analyse toont aan dat er een significante relatie is tussen de temperatuur in ons land en bezoekersaantallen van Nederlandse bioscoop. Hitte leidt daarbij tot minder bezoek, zoals in de grafiek hiernaast te zien. Die relatie bestaat overigens ook als je de eerste (of tweede) helft van het jaar afzonderlijk neemt.
En de temperatuur is nu hoog; de 15,5 graden die in het tweede kwartaal werd gemeten de hoogste die ooit in die periode van een jaar werd gemeten. Zo was de maand april veel warmer dan vorig jaar, en lag het bioscoopbezoek in april veel lager.
Hoewel dit effect naar verwachting tijdelijk is, raakt het de omzet en marge bioscopen en filmtheaters direct. Daarom is het belangrijk na te denken over hoe de bioscoop vol te krijgen bij hitte. Bijvoorbeeld door boven een bepaalde temperatuur korting aan te bieden (‘verkoeling zoeken en met korting een topfim zien’), productpromoties in samenwerking met leveranciers en dit ook uit te dragen in hitteperiodes. Bijna de helft van de consumenten (48%) gaat vaker naar de bioscoop gaat als prijsstelling lager ligt op een rustige momenten, bleek uit eerder onderzoek van ABN AMRO/PanelWizard.
Bioscopen kunnen tevens zelf buitenterrassen bieden, zoals bij sommige bioscopen al gebeurt. Hierdoor wordt een deel van de misgelopen omzet goedgemaakt, en mogelijk is dit zelfs te combineren met films op latere tijdstippen. Echter: door de sterke stijging van het aanbod aan horeca in een aantal steden, is niet elke plaats gebaat bij nog meer terrassen in de komende jaren. Dit hangt ook af van de demografie in de omgeving. Samenwerken met de lokale horeca en leveranciers van eten en drinken kan zo uitkomst bieden.
Uiteraard zijn de weersomstandigheden slechts een van de factoren die invloed hebben op het bioscoopbezoek. Een hele belangrijke is het filmaanbod. In de eerste helft van 2018 ontbrak het aan internationale kaskrakers. En Nederlandse films konden dit aanbod niet opvangen. In 2014 bedroeg het aandeel van lokale films nog 20,8%, daarna daalde dit aandeel jaarlijks en de eerste helft van 2018 was dit 8,2%. Volgens Filmdistributeurs Nederland schort het onder meer aan het financieren van Nederlandse publieksfilms door het Filmfonds (onderdeel van het ministerie van OCW). In Frankrijk en het VK lag dat aandeel van lokale films vorig jaar nog op ruim 37%.
Die afhankelijkheid van het aanbod blijft altijd deels bestaan, maar toch is het belangrijk voor bioscopen om te blijven investeren in de kwaliteit van het bioscoopbezoek. Dat leidde in de afgelopen tien jaar tot een groei van het bezoek met 56%. Die investeringen in de kwaliteit (niet per se in de kwantiteit) blijven belangrijk; wanneer die uitblijven wordt de concurrentie van partijen als Netflix sterker en dreigt overcapaciteit. Vooral jongeren zijn hier gevoelig voor: bijna de helft van de consumenten onder de veertig zegt minder naar de bioscoop te gaan als het aanbod via diensten als Netflix toeneemt.
Die kan bijvoorbeeld ook zitten in een upgrade van de kwaliteit van de stoelen. Zo heeft de grote Amerikaanse bioscoopketen AMC in een aantal vestingen luxe verstelbare stoelen, waarin je de benen kunt strekken. Hier zit ook stoelverwarming bij. Onlangs maakte AMC bekend deze mate van comfort verder te willen verspreiden. AMC heeft de ambitie dit verder uit te breiden en in meerdere uitingen laten weten.
In Nederland worden luxere stoelen ook getest onder enkele bioscoopformules. Uit ons eerdere onderzoek bleek dat 85% van de bioscoopbezoekers in Nederland ruime zitplaatsen met veel beenruimte belangrijk vindt. Dergelijke stoelen kunnen ook leiden tot hogere horeca-inkomsten, omdat het gemakkelijker wordt consumpties te bestellen en te nuttigen tijdens het bekijken van de film.
31% van de bioscoopbezoekers is bereid om extra te betalen voor een VIP-zitplaats (luxe leren stoel, hoofdsteun, verstelbare leuning, perfecte afstand tot het scherm of een tweezits-fauteuil).
Het aanbieden van alternatieve content aan de bioscoop is een andere manier om te blijven vernieuwen. Een deel van de consumenten heeft interesse in het bekijken van series, sportwedstrijden en liveconcerten in een bioscoop. Dit kan een vernieuwend element bieden. Vaak is een consument bereid hetzelfde of meer voor een kaartje te betalen dan voor de reguliere films. Daarnaast kan een bioscoop extra inkomsten genereren door de ruimte op het moment dat er geen films spelen, aan bedrijven te verhuren voor productpresentaties. Ook in Virtual Reality liggen kansen: zo’n 30% van de bioscoopbezoekers. heeft interesse in films met VR-toepassingen. Daarnaast kan een bioscoop extra inkomsten genereren door de ruimte op het moment dat er geen films spelen, aan bedrijven te verhuren voor productpresentaties. Hierdoor kan de bioscoop langer open zijn en worden de vaste kosten over meer uren en inkomsten verdeeld.
Wij verwachten dat het bezoek in bioscopen volgend jaar flink zal groeien (als correctie) en vanaf 2020 tot en met 2024 een gemiddelde beperkte jaargroei van 1,3% zal laten zien.
met dank aan:
Sonny Duijn, sector econoom leisure
ABN AMRO