Tijdens de coronacrisis, waarin horeca en winkels regelmatig beperkt of gesloten waren, hebben binnensteden en winkelgebieden veel minder bezoekers ontvangen. Dat ging ten koste van de levendigheid van deze gebieden. Keert de gezellige drukte nu vanzelf weer terug, nu de coronamaatregelen snel worden afgebouwd?
Als we de top-10 van meest favoriete dagactiviteiten bekijken uit 2018 (voor de coronacrisis), dan valt op dat veel van deze activiteiten plaatsvinden in een stedelijke omgeving. Kijk maar eens naar het overzicht uit het Continu Vakantie Onderzoek uit 2018 (Bron: NRIT Trendrapport 2021):
- Wandeling voor het plezier (424 miljoen keer)
- Uit eten in een horecagelegenheid (268 miljoen keer)
- Gewinkeld in de binnenstad (254 miljoen keer)
- Recreëren (zonnen, barbecueen, picknicken e.d.) (201 miljoen keer)
- Fietstocht voor plezier (191 miljoen keer))
- Fitness, cardio, spinning, groepslessen e.d. (160 miljoen keer)
- Op het terras zitten (120 miljoen keer)
- Wandelsport (116 miljoen keer)
- Toertochtje met de auto (95 miljoen keer)
- Bar / Cafebezoek (88 miljoen keer)
Als we bedenken dat de ‘wandeling voor het plezier’ ook in de stad kan plaatsvinden, dan is wel duidelijk dat veel van deze activiteiten voor veel levendigheid en economische impulsen zorgen voor de binnensteden.
Invloed corona
De beperkende maatregelen, als gevolg van de coronapandemie, hebben een groot effect gehad op de levendigheid van binnensteden en winkelgebieden. In het NRIT Trendrapport 2021 wordt geconcludeerd: “Bij de meting van 11 april 2020, gedurende de eerste (intelligente) lockdown in Nederland is goed zichtbaar dat de mobiliteitsbewegingen in Nederland voor detailhandel & recreatie (onder meer bezoek horeca, winkelcentra, musea, attractieparken en bioscopen) met 46 procent zijn gedaald ten opzichte van het pre-coronajaar 2019.”
De bedrijfstak met de grootste krimp in 2020 was de horeca. Het volume van de toegevoegde waarde van de horeca was in 2020 ruim 40 procent lager dan een jaar eerder.
Terug naar het oude normaal?
Nu de coronamaatregelen vrijwel geheel zijn afgebouwd kunnen bedrijven in de binnensteden zich weer richten op herstel. Veel MKB bedrijven hebben nog te maken met hoge schulden (o.a. door uitstel van belasting en bankverplichtingen) en kijken reikhalzend uit naar een goede herstart. Uit diverse bronnen blijkt dat de situatie ná corona niet meer hetzelfde is als vóór corona.
Online bestellen als concurrent voor winkels en restaurants
Tijdens de coronacrisis is de consument gewend geraakt aan online winkelen en thuisbezorgen van producten en maaltijden. Het Food Service Instituut Nederland verwacht dat zodra de horeca verder opengaat een deel van de in coronatijd gegroeide thuis-uit-eten-omzet terugvloeit naar echt buiten de deur eten.
Het Koopstromenonderzoek, gepubliceerd in februari 2022, beschrijft ook nog twee belangrijke trends die dynamiek van binnensteden en andere winkellocaties laat verschuiven:
1. Trend lokaal kopen zet niet door
Tijdens de crisis riepen veel gemeentes op om de lokale middenstand te steunen door vooral lokaal in te kopen. Op basis van de koopkrachtbinding en -toestroom naar fysieke winkellocaties tussen 2016 en 2021 blijkt niet dat consumenten meer lokaal zijn gaan kopen. Wél zijn er grote lokale en sectorale verschillen die deze conclusie nuanceren. Uit de kooporiëntaties binnen gemeenten blijkt dat de oriëntatie op winkelgebieden over het algemeen afneemt, ten gunste van met name solitaire supermarkten en online.
2. Winkels maken plaats voor horeca, ontspanning en woningen
In de afgelopen vijf jaar nam het aantal winkels in het onderzoekgebied met 9% af, opmerkelijk genoeg met een vertraging in coronatijd. Het verlies aan winkels is ten dele gecompenseerd met horecagelegenheden (+7,6%): vooral afhalen en bezorgen, lunchrooms, koffiebars en café-restaurants. Veel winkelgebieden transformeren totaal en krijgen een woon- of andere niet-publieksfunctie. Ontspanning en met name horeca blijken van toenemend belang voor het functioneren van centrumgebieden. Ruim een derde van de bezoekers die recreatief komt winkelen maakt tijdens dit bezoek ook gebruik van horeca. Deze toenemende verwevenheid betekent ook dat coronabeperkingen – zeker in grote binnensteden – dubbele impact hebben: maatregelen voor de horeca hebben indirect ook effect op de detailhandel en vice versa.
Grote wens voor leefbare en aantrekkelijke binnensteden
Gelukkig zijn er ook ontwikkelingen die een positieve invloed hebben op de (her)ontwikkeling van aantrekkelijke binnensteden. Deze komen vooral voort uit de wens van de eigen bevolking om een gezellige binnenstad te bezoeken. Veel gemeenten luisteren naar deze wens en zetten stadsmanagers in om de regie te voeren op het aantrekkelijker maken van de vinnenstad.
Ook op landelijk niveau is er aandacht en ondersteuning van met name de kleinere kernen. In grote steden als Amsterdam en Utrecht wordt al jaren geklaagd over de steeds grotere drukte. Vanuit de nationale overheid, en met het Nederland Bureau voor Toerisme en Congressen (NBTC) als instrument, wordt een strategie ingezet om toerisme beter te spreiden. Dat zien we ook terug in hun middellange termijn prioriteiten: “NBTC krijgt ook een opdracht in aanbodontwikkeling. Zo is er een stappenplan digitale belevingen ontwikkeld, worden streekproducten beleefbaar gemaakt en worden samen met InRetail pilots opgezet voor de ontwikkeling van vitale binnensteden als aantrekkelijke bestemming.”
Waar de traditionele winkelbedrijven al jaren terrein verliezen, is er een opkomst van leisure en entertainment-concepten die juist de stedelijke omgeving opzoekt. Het NRIT trendrapport 2021 beschrijft: “Leisure en entertainment producten worden steeds vaker ingezet als ‘lokker ’voor retail. Dit heet retailtainment. Of retail investeert zelf in beleving en evenementen.” Ook trends en ontwikkelingen in de attractiepuntenmarkt zijn steeds vaker gericht op een stedelijke omgeving. Uit het Trendrapport: “Denk bijvoorbeeld aan de ontwikkeling van Family Entertainment Centers, Family Activity Centers, Science Centers, Escape Rooms, horecatainment, artetainment en retailtainment.”