Steeds meer behoefte aan individueel sporten en sporten zonder begeleiding

Het sportgedrag van Nederlanders is aan verandering onderhevig. Er is steeds minder behoefte aan begeleiding of sporten in een groep. Sporten zoals fitness profiteren daarvan. Dat blijkt uit onderzoek van het Mulier Instituut. Ook NOC*NSF bracht afgelopen maand een sportonderzoek uit, waaruit blijkt dat de sportdeelname nog wat achter loopt bij de jaren voor de coronacrisis.

Sporten individualiseert

Het Mulier Instituut werkt met twaalf indicatoren voor de ideale wijze om te sporten. Daaruit worden drie groepen voorkeuren voor 16-80-jarigen gedestilleerd:

  1. 24 procent sport het liefst samen met een bekende die op hen lijkt wat betreft leeftijd, interesses en opleiding. Begeleiding vinden zij niet nodig. Ze sporten het liefst in de openbare ruimte. Gezelligheid is belangrijk voor deze groep sporters.
  2. 38 procent sport het liefst via een organisatie zoals een vereniging, in een vaste groep of vast team. Zij vinden zowel serieus sporten/bewegen als sociale contacten belangrijk. Begeleiding vinden ze prettig.
  3. 38 procent sport het liefst alleen. Ze hebben geen behoefte aan regels en begeleiding. Het liefst voeren ze hun sport uit in de eigen buurt, met zo min mogelijk reisafstand. De openbare ruimte is hierbij favoriet, gevolgd door het fitnesscentrum.

Het Mulier Instituut deed in 2017 ook al een meting op basis van dezelfde meetmethode. Destijds sportte de helft (50%) het liefst in een vereniging of vaste groep met begeleiding. Nu is dat 38 procent. Deze voorkeur neemt dus sterk af. De voorkeur om samen met bekenden te sporten met het accent op gezelligheid blijft min of meer gelijk (27% vs. 24%). De voorkeur om individueel te sporten zonder regels of begeleiding wint sterk aan populariteit (23% vs. 38%).

Voornamelijk mensen van 35 jaar of ouder hebben een voorkeur voor individueel sporten. Jongvolwassenen (16-34 jaar) kiezen in meerderheid voor sporten in een vereniging of vaste groep met begeleiding.

Het sterk groeiende cluster van individuele sporten wordt vooral opgepikt door ondernemende sportaanbieders, zoals bijvoorbeeld de fitnesscentra. Het Mulier Instituut geeft advies om deze groep zo goed mogelijk van dienst te zijn:

Het aanbod is op verschillende manieren te bevorderen. Bied bijvoorbeeld een fitnessworkout aan zonder dat mensen zich hoeven aan te sluiten bij een fitnesscentrum. Deze groep is ook te bedienen door wandel-, fiets- en hardlooproutes te ontwikkelen. In de winterperiode kunnen dat verlichte routes zijn. Fitnessondernemers kunnen (nog meer) op deze groep inspelen.

advies uit rapport Mulierinstituut

Meer informatie: www.mulierinstituut.nl

Sportparticipatie jongens blijft achter

Ook NOC*NSF onderzocht de sportiviteit van de Nederlandse bevolking; vooral vanuit het perspectief van sportverenigingen. Daaruit blijkt dat de sportdeelname in Nederland is in 2024 stabiel gebleven, maar nog altijd niet terug op het oude niveau van voor corona. Het ledenaantal bij de aangesloten sportverenigingen steeg met bijna 200.000 t.o.v. 2023.

Bij de jongens uit de leeftijdsgroep 13 – 18 jaar is sprake van een daling in wekelijkse sportdeelname: van een stijgende trend in de afgelopen jaren naar een duidelijke terugval in 2024. Niet alleen het percentage sportende jongens daalt, ook hun sportfrequentie is afgenomen.

Als we de top 10 van meest beoefende sporten bekijken in het overzicht van NOC NSF dan zien we ook hier dat individuele sporten de lijst domineren. De individuele sporten laten bovendien vrijwel allemaal een groei zien t.o.v. 2023.

  1. Fitness (binnen, individueel): 2.910.000
  2. Wandelsport: 2.258.000
  3. Hardlopen: 924.000
  4. Zwemsport 857.000
  5. Voetbal: 745.000
  6. Fitness (binnen, groepsles): 604.000
  7. Wielersport: 521.000 (krimp t.o.v. 2023)
  8. Danssport: 338.000
  9. Yoga: 286.000
  10. Tennis: 254.000

Meer informatie: www.nocnsf.nl

Fitness profiteert

Alhoewel beide onderzoeken niet specifiek ingaan op ondernemende sportconcepten is het wel duidelijk dat commerciële sportaanbieders, en dan met name de fitnesscentra, profiteren van de trend naar individualisering van het sportaanbod.

Zoals we al zagen in het onderzoek van NOC*NSF is Fitness de meest beoefende sport van Nederland.

Uit eerder onderzoek door het Mulier Instituut, dat uitkwam in april van dit jaar, blijkt: Het aandeel Nederlanders van 12-79 jaar dat wekelijks aan fitness doet, is in de periode 2001-2022 bijna verdubbeld: van 14 naar 27 procent. Dit betekent dat er in 2022 ruim 3,9 miljoen Nederlanders wekelijks aan fitness deden.

Vier groepen zijn vaker wekelijks gaan fitnessen:  

  • mannen;  
  • mensen van 51 jaar en ouder;  
  • hoger opgeleiden;  
  • mensen uit zeer sterk stedelijke gebieden. 

Meer informatie: www.mulierinstituut.nl

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *