De gemeente Hellevoetsluis mag geen vaste ligplaatsen voor bootbezitters meer aanbieden zonder de gemaakte kosten volledig door te berekenen. Dat is de uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven in een hoger beroep dat de gemeente Hellevoetsluis aanspande tegen de Autoriteit Consument en Markt.
Hierbij komt een eind aan de oneerlijke concurrentie tussen de gemeentelijke ligplaatsen en Marina Hellevoetsluis. HISWA Vereniging, ondernemersorganisatie van de jachtbouw en watersport, pleit voor een gelijk speelveld tussen ondernemers en gemeenten en roept overheden op zich te heroriënteren op haar taken.
Uitspraak heeft nationale consequenties
De uitspraak heeft gevolgen voor alle jachthavens in Nederland die hinder ondervinden van gemeentelijke exploitaties waarbij de gemaakte kosten niet goed doorberekend worden. Alex de Boom, eigenaar van Marina Hellevoetsluis, deed vijf jaar geleden een melding bij de Autoriteit Consument en Markt (ACM). Wat volgde was een jarenlange juridische strijd tussen de gemeente en de ACM. De gemeente bleef volharden in de lage tarieven waar Marina Hellevoetsluis schade van ondervond. De Boom is opgelucht: “Het is enorm frustrerend en kostbaar om vijf jaar te procederen over een kwestie die op basis van gezond verstand en behoorlijk bestuur feitelijk niet aan de orde zou moeten zijn. Ik hoop dat er nu snel een uitnodiging van de gemeente komt om definitieve afspraken hierover te maken. En laat verder deze uitspraak ervoor zorgen dat gemeenten stoppen met ondernemertje spelen met overheidsgeld.”
Overtreding Mededingingswet
De ACM oordeelde eerder al dat de gemeente Hellevoetsluis niet alle gemaakte kosten doorberekent in de ligplaatstarieven en daarmee de Mededingingswet en de Wet Markt en Overheid overtreedt. Onder meer omdat de gemeente de (grond)waarde van de ligplaatsen niet meerekende en geen rekening hield met kosten voor onderhoud van kades en sluizen, het uitbaggeren van de haven en het bedienen van bruggen en sluizen. Daardoor was het gemiddelde tarief van de gemeente 20 tot 30% lager dan de naastgelegen jachthaven. De gemeente zou een deel van de kosten naar rato door moeten berekenen aan de ligplaatshouders en de dekking niet alleen uit de gemeentebegroting halen
Herbezinnen op gemeentelijke taken
Stijn Boode, manager afdeling recreatie bij HISWA: “HISWA Vereniging is in principe niet negatief over het aanbieden van ligplaatsen door gemeenten. Met name passantenplekken zijn een welkome aanvulling voor watersporters. Concurrentie hoort natuurlijk bij ondernemen. Maar concurrentie waarbij een gemeente een product levert dat door ondernemers wordt aangeboden en dan ook nog eens ver onder de kostprijs, dat klopt gewoon niet. We weten dat er in Nederland tientallen voorbeelden van zijn. Gemeenten moeten de afweging maken waarom ze als overheid überhaupt vaste ligplaatsen willen aanbieden. Het gaat immers ten koste van overheidstaken voor de eigen inwoners, zoals zorg en welzijn en maatschappelijke voorzieningen als de bibliotheek en het zwembad.”
HISWA Vereniging roept watersportbedrijven op die vergelijkbare concurrentie van gemeentelijke ligplaatsen of andere overheidsdiensten in het economisch verkeer ondervinden, zich te melden.
Bron: Persbericht HISWA vereniging