Weekers wil af van onevenredig voordeel watervilla’s

Staatssecretaris Frans Weekers van Financiën wil af van het onevenredige belastingvoordeel dat eigenaren van een aantal drijvende roerende ‘watervilla’s’ kunnen krijgen na een recente uitspraak van de Hoge Raad. Hij gaat onderzoeken of het mogelijk is om dit verschil in fiscale behandeling weg te nemen.

Definitie Waterwoning
De staatssecretaris laat in een brief aan de kamer weten dat de term waterwoning geen eenduidig begrip is. Hieronder vallen zowel roerende als onroerende zaken. Het arrest van 9 maart 2012 had betrekking op een drijvende waterwoning die door de Hoge Raad als roerende zaak is aangemerkt. Door het Kadaster en de Belastingdienst worden van deze woningen geen specifieke gegevens opgeslagen en daarom is het moeilijk hiervan het precieze aantal vast te stellen. Geschat wordt dat het thans zal gaan om enkele honderden waterwoningen.
De prijzen van de waterwoningen variëren van € 150 000 tot € 700 000. Van die waarde is echter een deel toe te rekenen aan de bijbehorende kavel of aanlegplaats (beide op voorhand onroerende zaken).
De benaming van de woning is, zoals blijkt uit de jurisprudentie, niet van belang. Het gaat erom of de constructie zodanig is dat de woning als roerende of onroerende zaak kwalificeert. Een zaak die blijkens zijn constructie bestemd is om te drijven en drijft is in het algemeen een roerende zaak. Een zaak die verbonden is met de oever op een dusdanige wijze dat sprake is van duurzame vereniging met die grond, is een onroerende zaak.
(Dit deel is afkomstig uit de beantwoording van kamervragen door Staatssecretaris Weekers)

Over het arrest
Het arrest creëert een verschil in fiscale behandeling in de overdrachtsbelasting en in de vermogensrendementsheffing van roerende waterwoningen aan de ene kant en van onroerende waterwoningen en gewone woningen aan de andere kant. Staatssecretaris Weekers: “Het is moeilijk om aan mensen uit te leggen dat er voor een drijvende watervilla in sommige gevallen geen overdrachtsbelasting verschuldigd is, en dat er -wanneer het een tweede woning betreft – ook nog een lagere vermogensrendementsheffing geldt, terwijl iemand met een klein huisje op de vaste wal wel het volle pond moet betalen. Ik ben dan ook niet bereid deze situatie op voorhand zo maar te accepteren.” Hoewel het technisch niet eenvoudig zal zijn om deze onbalans weg te nemen wil Weekers hier toch nader naar kijken en een analyse maken van de mogelijkheden, die ook voor de Belastingdienst uitvoerbaar moeten zijn. Bij de behandeling van het Belastingplan 2013 zal hij hierop terugkomen.

Er zijn naar schatting plannen voor de bouw van zo’n 3500 watervilla’s in de komende 10 jaar.

Bron: Rijksoverheid.nl

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *