Groei in deelname en frequentie fitness

21 procent van de Nederlanders van 12-79 jaar deed in 2016 wekelijks aan fitness, in 2001 was dat nog 12 procent. Dat blijkt uit onderzoek van het Mulierinstituut. De groei van de fitnessdeelname komt met name van de groepen die eerder ondervertegenwoordigd waren: mannen, 65-plussers en personen met lagere inkomens.

Andere bevindingen zijn:

  • In 2017 is bij 9 procent van de Nederlandse huishoudens een lidmaatschap van een fitnesscentrum beëindigd. De meest genoemde opzegreden is dat er weinig gebruik van wordt gemaakt (38%).
  • Beoefenaren van fitness hebben hun fitnessfrequentie verhoogd. In 2001 deed 23 procent van de fitnessende Nederlanders meer dan 2 dagen per week aan fitness. In 2016 is dit toegenomen tot 33 procent.
  • Twee derde van de fitnessbeoefenaren neemt ook deel aan een andere sport. Vaak betreft dit sporten die (ook) individueel kunnen worden beoefend, zoals hardlopen, wandelen en zwemmen.
  • Het aantal vestigingen van fitnessbedrijven is tussen 2007 en 2018 met 78 procent gegroeid naar 1.790.
  • Met een gemiddelde afstand van 1,5 kilometer naar een fitnesscentrum is het aanbod voor alle Nederlanders relatief dichtbij.
  • BasicFit is gemeten naar aantal vestigingen marktleider in Nederland (152 vestigingen). SportCity/Fit For Free volgt met 107 vestigingen en Anytime Fitness met 60.
  • Een sterkte van de fitnessbranche is het grote en gevarieerde aanbod en een zwakte van de fitnessbranche is de mate waarin de branche erin slaagt consumenten structureel aan zich te binden.
  • De potentie van online fitnesslessen behoort tot de kansen van de branche; de mate waarin de branche erin slaagt gemotiveerd en deskundig personeel te behouden en voldoende loopbaanperspectief te bieden vormt een bedreiging.
  • Het imago van fitness is dat van een moderne en individualistische sport die goed voor de gezondheid is.

Bron en meer informatie: www.mulierinstituut.nl

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *