De Nederlandse invulling van het Brusselse Natura 2000 – een netwerk van natuurgebieden onder Europees beschermingsregime – leidt tot onnodige bureaucratisering en juridisering van de natuur. Dat stelt de Stichting Wetenschappelijk Natuur en Milieubeleid (SWNM) vast na literatuuronderzoek en inventarisatie van praktijkervaringen van natuurgebruikers als vissers en boeren. De hoeveelheid rechtszaken over natuurgebruik groeide van nagenoeg nul voor 2000 naar meer dan 100 per jaar dankzij Natura 2000. Op 19 september voert de Tweede Kamer Natura 2000-overleg.
SWNM: Mens geen ongenode gast maar deelnemer natuur
Nederlandse ecologen en beleidsmakers voegen particuliere wensen toe aan Europese regels, zogenaamde ‘Nationale Koppen’, die economisch nadelig werken voor vissers, boeren en grondeigenaren. Niet alleen moeten zij juridische kosten maken voor hun bedrijf, ook verliezen zij soms hun bedrijf zonder dat compensatie is geregeld. Die conclusies van SWNM sluiten aan bij met wat juridisch onderzoeksbureau IQuatro in 2010 en 2011 al vaststelde.Wagenings onderzoek naar de juridisering van de natuur door Natura 2000 in Land Use Policy stelde dit voorjaar dat de onverdeeld negatieve ontvangst van Natura 2000 nadelig voor natuurbescherming werkt. Natura 2000 maakt volgens de onderzoekers inbreuk op decennia gegroeide lokale omgangstradities van mensen met natuur.
‘De betrouwbaarheid van advies van enkele Wageningse ecologen- die al decennia lobby voeren tegen natuurgebruikers als vissers- staat ter discussie’, stelt SWNM-voorzitter Meindert Hoefnagel vast. ‘Er is onafhankelijker toetsing nodig van Natura 2000-doelen en toepassing. Natuurgebruik onmogelijk maken op basis van discutabele wetenschap, vergroot de afstand tussen mens en natuur. Het gekweekte onbegrip ondermijnt het draagvlak bij mensen om écht voor hun omgeving te zorgen.’ De SWNM pleit voor natuurbescherming die van de praktijk uitgaat en toetsbare wetenschap.
Juridisering
Een onderbelichte oorzaak van juridisering is de invulling van natuurdoelen door Wageningse advies- bureaus. De SWNM vond dat de in Nederland gebruikte Natura 2000-doelen geen raakvlak hebben met serieuze wetenschappelijke ecologie. Terwijl de natuur veranderlijk is, hanteert Natura 2000 starre verbeterdoelen van natuur op basis van willekeurige historische gemiddeldes. Eén beperkte groep ecologen van één Wagenings bureau Alterra/Imares stelt doelen vast voor de overheid zonder contra- expertise van andere wetenschappers. De particuliere vondsten van een beperkte groep ecologen worden juridisch geldig. Want de overheid verheft de door Alterra/Imares vastgestelde ‘instandhoudingsdoelen’ tot beleid, los van de wetenschappelijke deugdelijkheid of wenselijkheid.
Starre doelstellingen
Als voorbeeld van starre verbeterdoelen die het Wageningse Imares voor de overheid voorstelde, noemt de SWNM de zwarte zee-eend. In Denemarken worden jaarlijks 2800 tot 5200 zwarte zee- eenden voor consumptie geschoten. In Nederlandse wateren is deze eend de reden dat honderden kustvissers tot 70 procent van hun visgebied verliezen in de Noordzeekustzone na 2014. Zij zouden oorzaak zijn dat sinds 2001 minder zee-eenden werden geteld door Nederlandse vogelaars, in vergelijking met piekjaren in de jaren ’80 en ’90. Volgens Imares zouden er voor vogelaars exact 62600 zee-eenden per jaar te zien moeten zijn langs de Noordzeekust.
Dit aantal houdt geen rekening met de wisselvalligheid van de natuur, milieu- en klimaatsveranderingen. De eend leeft van schelpdieren en trekt in groepen van tienduizenden ’s winters over de Noordzee en Atlantische oceaan op zoek naar schelpenbanken tot 20 meter diepte. In korte tijd kunnen zij een volledige schelpenbank leegeten, waarna zij verder trekken van Noorwegen tot de kust van West Afrika. Het tijdelijk van de radar verdwijnen van zee-eenden is ‘normaal’ in de ecologie van de eend. Voorjaar 2013 werden weer tienduizenden zwarte zee-eenden voor de kust van Texel waargenomen, zo meldde Vogelbescherming Nederland.
Bron: persbericht swnm.nl