De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft na het tragische en fatale ongeval eind 2015 met een vierjarig jongetje in een indoor-speelhal het interventiebeleid aangescherpt en een aantal verbeteracties uitgevoerd.
De toezichtautoriteit en haar verantwoordelijke ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) zijn diep geraakt door het noodlottige ongeval en het verdriet bij de nabestaanden van het slachtoffer.
Dat staat in het onderzoeksrapport en de reactie van de NVWA die  ministers Carola Schouten (LNV) en Bruno Bruins (VWS) vandaag naar de  Tweede Kamer hebben gestuurd over het onderzoek van het inspectieproces  van de NVWA naar aanleiding van het ongeval in indoor-speelhal ‘Happy  Days’ in Grootebroek. Het onderzoeksrapport en de reactie van de NVWA  zijn inhoudelijk beoordeeld door ABD Topconsult. ABD Topconsult  concludeert dat de maatregelen van het Rijk en de NVWA de juiste zijn en  voorzien zijn van een realistische planning.
Middelen en maatregelen
Om het inspectieniveau aan te scherpen, stelt het Rijk aanvullende middelen beschikbaar om 8 extra inspecteurs aan te stellen. Het toezicht op de speeltoestellen wordt nog dit jaar verbeterd door betere afhandeling van meldingen, het aantrekken van meer inspecteurs met de vereiste technische expertise en door betere ondersteuning en aansturing van de inspecteurs. Verder is de NVWA bezig met het invoeren van een nieuw IT-systeem dat inspecteurs beter ondersteunt bij de planning, follow-up acties en volledige registratie van inspecties
Onafhankelijk feitenonderzoek
De NVWA erkende in september 2018 aansprakelijkheid voor de gevolgen van  het speeltoestelongeval. Door het onzorgvuldige toezicht van de  toezichtautoriteit op dit bedrijf, is de ondernemer van de speelhal  onvoldoende gewezen op zijn verantwoordelijkheid om een veilige  speelsituatie in de speelhal te creëren. Daardoor kon het noodlottige  ongeval plaatsvinden.
  
 De ministeries van VWS en LNV (formeel opdrachtgever) hebben na de  erkenning van de aansprakelijkheid op verzoek van de inspecteur-generaal  van de NVWA opdracht gegeven tot een volledig en onafhankelijk  feitenonderzoek. In het onderzoek is niet alleen gekeken naar waar het  is misgegaan in het inspectieproces, maar ook welke verbeteracties er  eerder door de NVWA zijn genomen, hoe die zijn gewaarborgd en of  aanvullende maatregelen nodig zijn. Het feitenonderzoek bevestigt de  conclusie van de NVWA dat het toezicht door de NVWA onzorgvuldig is  geweest. Inspecties werden in de onderzochte periode soms niet tijdig en  volledig uitgevoerd, werkinstructies schoten tekort en werden niet  tijdig opgevolgd, en het aansturen van de inspecteurs was onvoldoende  adequaat.
Verbeteringen
De NVWA heeft na afronding van het onderzoek naar het ongeval een aantal  verbeteringen doorgevoerd, zoals het sneller (direct) buiten gebruik  stellen van speeltoestellen zonder geldig certificaat, het vergroten van  de kennis van en afstemming tussen inspecteurs door maandelijks  casuïstiek te delen, en de aanstelling van een coördinator die meldingen  over (onveilige) speeltoestellen direct uitzet bij inspecteurs. Ook is  er meer capaciteit vrijgemaakt voor het wegwerken van achterstanden bij  de uitvoering en afhandeling van meldingen en herinspecties. De  inspectiecapaciteit voor attracties en speeltoestellen wordt meer dan  verdubbeld.
  
 Binnen de NVWA is een tijdelijke projectorganisatie opgericht om de  verdere verbeteringen in het toezicht op het Warenwetbesluit attractie-  en speeltoestellen zo snel mogelijk door te voeren. De NVWA voert  daarnaast gesprekken met vertegenwoordigers uit de branche ‘opblaasbare  speeltoestellen’ om exploitatie van niet-gekeurde speeltoestellen tegen  te gaan en om exploitanten te wijzen op het belang van goed toezicht op  het dagelijks gebruik van attracties en speeltoestellen. Ook is er  overleg met de Aangewezen Keurings Instellingen (AKI’s) over verbetering  van afstemming tussen AKI’s en het verminderen van de kans op misbruik  van certificaten van goedkeuring. Deze maand nog komen de AKI’s met een  concreet verbeteringsvoorstel.
  
 Gezien de groei van deze sector en de steeds complexere toestellen is er  niet alleen meer toezicht nodig. Het ministerie van VWS komt daarom nog  met aanvullende voorstellen om de veiligheid te verbeteren. Er wordt  nog dit jaar gekeken of de eisen die bij de keuring van de toestellen  gelden toereikend zijn, en of verantwoordelijkheden van de exploitant en  verhuurder aangescherpt moeten worden. Ook kijkt VWS hoe ouders en  huurders van speeltoestellen beter voorgelicht kunnen worden over de  risico’s.
Bron: NVWA
Nieuws opgepikt door Speelplan
Speelplan verzorgt o.a. veiligheidsinspecties voor speelruimtes. Philip van Dijk van Speelplan wijst er op dat het soms voordeliger kan zijn om inspecties zelf uit te voeren: “Zeker als de speelvoorziening relatief eenvoudig is, dan kun je dat best zelf doen. Wij bieden daarvoor cursussen zodat je goed leert waar je op moet letten.”
