Alternatieven gezocht nu ‘campings voor de gewone man’ steeds vaker worden overgenomen

Betekent de overnamegolf in de campingsector het einde van de verouderde volkscamping? Op diverse plekken in het land roeren jaargasten zich omdat ‘mijn gouden plekje moet wijken voor het grote geld’. Welke marktkansen zijn er voor de jaarplaatscampings?

.

Steeds meer partijen uit binnen en -buitenland zoeken op de Nederlandse markt naar recreatieterreinen. Want de markt voor luxe binnenlands toerisme groeit als kool: tot 2030 met 30 procent. 

Jaargasten betalen 2.000,- euro per jaar voor hun gouden plekje dat bruist van de sociale cohesie. Het merendeel van de stacaravans van deze gasten op vaak verouderde terreinen kan niet meer verplaatst worden omdat ze gedateerd zijn. Op dezelfde plek verrijzen luxe geïndividualiseerde woningen waar toeristen straks 2.000,- euro neertellen voor twee weken vakantie.

In een 5-minuten item van EenVandaag vertelt Merlijn Pietersma wat er aan de hand is. Recent vertelde Merlijn ook in Hart van Nederland hoe het kan dat jaargasten moeten wijken.

Waarom verdwijnt de volkscamping-cultuur?

ZKA Strategy ziet dat de volkse cultuur van het samen op de camping zijn met de gezellige bingo- en klaverjasavonden onder leiding van ‘tante Gonnie’, voetbaltoernooien en playbackshows heel langzaam aan het verdwijnen is. Vooral op plekken waar:

  • campingbeheerders hun terrein willen verkopen omdat ze op een zekere leeftijd raken en het bedrijf niet in de familie kunnen of willen houden;
  • de grond productiever gemaakt kan worden door projectontwikkeling en/of exploitatie van vakantieparken. Dit zien we vooral veel op toeristische A-locaties;
  • verdiepende vergrijzing van het gastenbestand zorgt voor steeds meer leegstand op het terrein;
  • niet wordt ingespeeld op de behoefte aan meer luxe en gevoel voor vormgeving onder jongere generaties jaargasten. Het bedrijf staat stil terwijl ‘de kleine man’ ondertussen meer behoefte heeft gekregen aan luxe (IKEA-effect).

In dit soort gevallen verkoopt de campingeigenaar zijn bedrijf aan bijvoorbeeld een projectontwikkelaar die het terrein herstructureert om een grondwaarde-winst te realiseren of een nieuw vakantiepark te stichten. Of de campingeigenaar verkoopt het bedrijf aan een (inter)nationale keten. Jaarplaats-contracten kunnen relatief gemakkelijk per jaar opgezegd worden.

Zo wordt ‘de kleine en hardwerkende man’ nietsontziend verdrongen van zijn jaarplaats door het grootkapitaal, de marktwerking. Het beeld dat door de media naar voren wordt gebracht is dat van: Money breeds money and poverty breeds poverty. De oude volkscamping is cultureel erfgoed en als dat langzaam verdwijnt doet dat pijn, helemaal voor de mensen die het betreft. Het wordt nooit meer zoals het was…

En toch: ook de kleine man moet een vakantiestek hebben

ZKA Strategy is van mening dat er ook voor ‘de kleine man’ voldoende ruimte moet zijn om te recreëren op een vaste stek. Tijd voor een sociaal plan? Hopelijk is er geen overheidsregulering nodig zoals in de sociale woningbouwsector met quota. Beter zou zijn dat ontwikkelaars en exploitanten de marktkansen van vernieuwende jaarplaatscampings benutten. Want met een jaarplaatscamping voor ‘de kleine man’ met de gezelligheid van vroeger in een nieuw jasje, is een goede boterham te verdienen. Er is een grote behoefte aan een eigen recreatiestek in een groene, aantrekkelijk vormgegeven, veilige omgeving waar je saamhorigheid ervaart onder gelijkgestemden.

In heel Nederland zijn uitstekende voorbeelden te vinden van moderne en succesvolle jaarplaatsterreinen:

  • Zo beschikken Molecaten en RCN bewust over grote aantallen jaarplaatsen verspreid over meerdere campings in Nederland. Ook veel andere grotere familiebedrijven spelen bewust in op jaarplaatsen en hanteren heldere voorwaarden om de kwaliteit hoog te houden. De mix van toeristische en jaargasten spreidt het risico en geeft ondernemers rust. Overigens is het jaargeld dat gasten betalen vaak (te) laag gezien de vele voorzieningen op deze bedrijven;
  • De Klepperstee in Ouddorp heeft een eigen visie op jaarplaatsen: modern, ecologisch, fris en verbonden met de natuur. Dit is verwoord in een stijlboek voor jaargasten. Dit trekt een nieuwe doelgroep die hier gevoelig voor is;
  • ParckVen bij de Oisterwijkse bossen en vennen is een kleinschalig chalet- en stacaravanpark met sterke sociale cohesie. De voorzieningen zijn beperkt: een clubhuis en kleine gym die door de gasten zelf onderhouden worden;
  • Siblu is een nieuwe camping-toetreder op de Nederlandse markt van strand- en watercampings en behoudt jaarplaatsen. Jaargasten (middenklasse en daaronder) kunnen hier relatief goedkoop (tot 90% korting) hun eigen vakantieaccommodatie aan het water hebben, mits ze hun accommodatie in het hoogseizoen in de verhuur beschikbaar stellen. Door dit dubbele businessmodel blijven jaarplaatsen behouden op toplocaties.

Dus: de nieuwe jaarplaats voor de kleine man

ZKA draagt de markt uit om het jaarplaats-concept te vernieuwen. Denk aan nieuwe markten zoals de (jonge) gezinnen die willen ontsnappen aan de drukte en stress van de stad. Mensen die hun jaarplaats gebruiken als rustige retraite-plek, weekend-familiewoning, uitvalsbasis voor watersporters of hutje in wilde natuur voor outdoor lifestyles. Denk aan nieuwe producten zoals jaarplaats-lodges genesteld in schitterende landschappen, eenvoudige tiny-houses of gezellige recreatiebuurtjes. Denk aan waarden waarmee je onderscheidend bent zoals: nostalgie, ecologie, rust, architectuur, creativiteit, actie, saamhorigheid of gezelligheid. En denk aan andere businessmodellen zoals deelconcepten en timesharing zoals Siblu die hanteert.

Buiten de absolute A-locaties zijn er genoeg voorbeelden van moderne jaarplaats-terreinen voor de kleine man, waar de ondernemer een flinke boterham verdient. De komende jaren blijft er een grote behoefte aan recreëren in eigen land. Een sociaal plan en overheidsregulering voor jaarplaatsen zou toch niet nodig moeten zijn…?


Met dank aan:

Merlijn Pietersma, leisure strateeg bij ZKA

ZKA is in diverse provincies in Nederland betrokken bij projecten die de vitaliteit van vakantieparken in kaart brengen. Dat is een complexe opgave waar naast de ondernemersbelangen ook maatschappelijke doelstellingen van gemeenten een rol spelen.

Meer informatie: www.zka-strategy.nl/bedrijfsadvies

Eén reactie

  1. Moeten jullie eens komen kijken op Klein Oisterwijk. We krijgen helemaal.niets te horen alleen via de media dat we eind 2022 allemaal op gezouten moeten zijn.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *