Culturele sector op zoek naar meer eigen inkomsten

Er is in de culturele sector over de hele linie een groeiende noodzaak om eigen inkomsten te verwerven. Dit verhoogt de druk op het verkrijgen van private middelen, maar ook op het trekken van publiek. Veel culturele instellingen vissen in dezelfde vijver. Dat is een van de conclusies uit het rapport ‘Financiering van Cultuur’ door de Raad voor Cultuur.

Ook de cultuursector is een speler in de vrijetijdssector. Het is een veelzijdige sector met een grote diversiteit; musea, filmproductie, letteren, podiumkunsten, beeldende kunst en monumenten en archeologie.

Volgens de Raad voor Cultuur heeft de sector een aanvullend instrumentarium nodig dat nieuwe financieringsbronnen kan aanboren en het ondernemerschap een stevige impuls geeft. om voor subsidies in aanmerking te komen geldt bijna altijd dat een deel van de inkomsten uit de markt gehaald dient te worden. Aanbevelingen uit het rapport:

  1. Richt een landelijk investeringsfonds voor cultuur in dat aansluit op regionale initiatieven en bestaande structuren
  2. Zorg voor verbeterde bestuurlijke beleidsafstemming en benutting van het creatieve potentieel
  3. Stimuleer het geven aan cultuur
  4. Onderzoek en ontwikkel fiscale instrumenten
  5. Zorg voor ‘capacity building’ en kennisdeling

Enkele strofes uit het rapport die duiding geven aan het cultureel ondernemerschap…

Prijsvorming in de culturele sector

“Met een uitgekiender prijsbeleid kan worden verkend of er meer publiek binnengehaald kan worden en meer eigen inkomsten uit verkoop van cultuur zijn te behalen. De toegangsprijs voor cultuur, zoals de Nederlandse film, museale presentaties, muziek, theater en dans is niet in balans met de kosten ervan. De verhouding tussen prijs en prestatie is daardoor scheefgetrokken. Met meer kennis van de prijselasticiteit en mogelijkheden om te differentiëren, is het haalbaar om de scheefgegroeide situatie iets rechter te trekken. Met name in de museumsector, maar ook in theaters, wordt hieraan al enige tijd aandacht besteed en heeft men met het prijsbeleid geëxperimenteerd.”

Stimuleren ondernemerschap zonder marktverstoring

“Hoe meer een overheid het ondernemerschap van culturele organisaties stimuleert, hoe meer de indruk gewekt wordt dat die instellingen zich als commerciële ondernemingen kunnen gedragen. In sommige sectoren, zoals de film- en ontwerpsector, is het aandeel van de markt groot en opereren er voornamelijk commerciële ondernemingen, óók in de podiumkunsten. Toch is het wenselijk om het publieke belang van die instellingen en organisaties die een functie bekleden om doelen van het cultuurbeleid uit te dragen duidelijk voorop te blijven stellen en daarbij het marktfalen te compenseren. Het is daarbij belangrijk dat de overheid een gezond ondernemersklimaat stimuleert, maar dat zij er tegelijkertijd voor waakt de markt te verstoren door partijen een concurrentie-voordeel te geven of de vrije mededinging te frustreren.”

Meer informatie: Rapport Financiering van Cultuur (pdf)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *