Een regionale aanpak voor de recreatiesector kan deze belangrijke economische motor in Noord-Holland-Noord flink versterken. Anders blijven er kansen liggen. Zonder gezamenlijk beleid dreigt een groot deel van de recreatiebedrijven in de toekomst af te glijden. Alleen door als regio samen te werken aan slimme spreiding van het productaanbod en herstructurering blijven de bedrijven in deze sector vitaal.
De recreatiesector is een belangrijke economische sector in Noord-Holland-Noord, goed voor 12.500 banen en met een bijzonder hoge economische impact van 700 miljoen euro.
Het onderzoek is uitgevoerd door ZKA Consultants uit Waalwijk en heeft onder andere tot doel om inzicht te krijgen in de kansen voor nieuwe ontwikkelingen en investeringen in het bestaande aanbod, die de kwaliteit en het onderscheidend vermogen van de regio naar een hoger niveau kunnen brengen.
De regio Noord-Holland-Noord biedt, naast kwalitatief verblijfsaanbod, zoals gastvrijheid, luxe en onderscheidende concepten een voor de toerist aantrekkelijke omgeving die van locatie tot locatie sterk verschilt. Zo is het toeristische aanbod te vinden bij de kust en het binnenwater en in agrarisch gebied of karakteristieke steden en dorpen. Alle gebieden zijn aantrekkelijk voor de toerist, maar bieden een totaal verschillende beleving en vragen daarmee ook om verschillend onderscheidend aanbod en verschillend ondernemerschap.
Uit het onderzoek blijkt dat naast het bestaande aanbod er nog zo’n 70 plannen voor nieuw aanbod op de plank liggen. Om deze plannen te realiseren, kan het verkregen inzicht in de marktvraag helpen. Passen de plannen nog bij de huidige marktvraag en welke effecten hebben ze op het bestaande aanbod en de omgeving? Doordachte keuzes zijn nodig om overaanbod te voorkomen, waardoor de concurrentiepositie van de regio verzwakt.
Merlijn Pietersma van ZKA Consultants: “Gezien de conclusies adviseren wij de beleidsmakers in de regio zichzelf ten doel te stellen om slimme groei te realiseren door, waar mogelijk, in te zetten op het herontwikkelen van zogeheten niet-vitaal aanbod. Het gaat hier om aanbod waarbij de kwaliteit nog een inhaalslag kan maken. Daarnaast kan de regio zich inzetten om gebiedsgericht te werken aan het vitaliseren van niet-vitaal aanbod. Dat kan door heel concreet in te zetten op transformatie van verblijfsrecreatielocaties naar niet-recreatieve functies.”
Om in de toekomst de sector te versterken, adviseert ZKA Consultants om met een (regionale) visie op de verblijfsrecreatie te komen.
Pietersma: “Hierbij moeten kwalitatieve kaders worden ontwikkeld, waarmee de markt de nodige duidelijkheid krijgt over kansen en mogelijkheden voor zowel nieuwe ontwikkelingen, als voor investeringen in kwaliteit en uitbreiding van het bestaande aanbod. Ook moet worden gekeken naar instrumenten waarmee ondernemers worden ondersteund, waarbij kan worden gestuurd op consolideren, herontwikkelen en transformeren. Maar ook, in het uiterste geval, handhaven van oneigenlijk gebruik van de verblijfsrecreaties en van de wettelijke ondergrens van kwaliteit. Hiervoor kan een regionale en onafhankelijke vitaliteitsmanager worden aangesteld, die zich gedurende een periode van 5 tot 10 jaar inzet voor de uitvoering in de regio. De vitaliteitsmanager is verantwoordelijk voor actieve ondersteuning van het ontwikkelen van niet-vitaal aanbod op basis van de ‘1 park – 1 plan’-aanpak.”
Tijdens de presentatie van het rapport op 4 november 2016 hebben de aanwezige gemeenten, ondernemers en provincie zich positief uitgesproken over adviezen in het eindrapport. “De wens is geuit om aan de hand van de uitkomsten gezamenlijk de vervolgstappen uit te werken. Doel is hierbij om tot kwaliteitsverbetering te komen en daarmee optimale economische ontwikkeling binnen de verblijfsrecreatie na te streven,” aldus ZKA Consultants.
Bron: persbericht ontwikkelbedrijf Noord-Holland Noord