Flexarbeid groeit; maar niet in de horeca

In 2020 zal het personeelsbestand van organisaties straks voor 30% uit flexkrachten bestaan. Op dit moment is dat 25%. Dit blijkt uit een onderzoek van TNO onder 900 ondernemingen in opdracht van de ABU (Algemene Bond Uitzendondernemingen). Er zijn grote sectorverschillen; De Horeca heeft de grootste flexibele schil (57%), waar bij een groot aantal bedrijven meer dan de helft van het personeel flexkracht is. Juist in deze sector wordt in 2020 een afname verwacht van flexwerkers tot 52% van het totale personeelsbestand.

soort contract (klik voor vergroting)
soort contract (klik voor vergroting)

Het blijkt dat met name organisaties die al gebruikmaken van flexkrachten dit de komende jaren gaan intensiveren. Opvallend is dat flexkrachten nu vaker voor specifieke kennis worden ingehuurd dan alleen voor de traditionele piek/ziek-opvang.  De grootste groei in flexibele contracten wordt verwacht in tijdelijke contracten, gevolgd door uitzendkrachten/ gedetacheerden, oproepcontracten en samenwerking met zzp’ers.
De horecasector valt op (zie afbeelding) door het relatief hoge aantal tijdelijke en oproep (min/max) contracten.

kopje koffieGrote gevolgen
Uit het onderzoek blijkt ook dat bedrijven en organisaties over de gehele linie flexibeler zijn geworden. Werkprocessen worden flexibeler, de inzetbaarheid wordt flexibeler en de houding van het personeel wordt flexibeler. Jurriën Koops, directeur van de ABU: “Dit heeft grote gevolgen. Als straks één op de drie werkenden flexibel aan de slag is, dan moeten wij met z’n allen goed nadenken hoe we Nederland hierop inrichten. We moeten ons sociale stelsel aanpassen aan die veranderende arbeidsmarkt in plaats van andersom. Dat heeft consequenties voor de inrichting van pensioenen, opleidingsfaciliteiten, sociale zekerheid en cao’s. Daarbij moet niet langer de vaste arbeidsrelatie als uitgangspunt gelden, maar moet de werkende centraal staan.”

Uit het onderzoek blijkt dat flexwerkers naast dat ze worden ingezet voor het opvangen van pieken in het werk, steeds vaker worden ingezet omdat er specifieke kennis ontbreekt. Kennis die niet permanent beschikbaar hoeft te zijn en prima op projectbasis kan worden ingehuurd. Koops: “Mijn conclusie is relatief simpel. De organisatie van werk wordt anders en flexwerk is straks de norm. Kennis flexibel inzetten en inkopen gaat de komende jaren een vlucht nemen. Bedrijven moeten zich continu aanpassen aan een veranderende marktvraag. Dat maakt dat bedrijven zich flexibel moeten kunnen opstellen.

Meer informatie en download van het rapport: www.abu.nl/flexonderzoek

Eén reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *