Groene recreatie hangt sterk samen met etnische afkomst

Hoe recreëren mensen met een Chinese of Turkse achtergrond in groene gebieden, en doen ze dat minder dan autochtonen? Dat was de kernvraag van het onderzoek van Marjolein Kloek (Wageningen Universiteit) in opdracht van Staatsbosbeheer. Het onderwerp is ook voor de recreatiesector relevant, want veel conclusies zijn door te trekken naar verblijf (o.a. campings) of attracties in de groene omgeving.

spelen in het groen
Spelen in het groen (foto: Janine Schrijver)

Groeiende doelgroep
De groeiende omvang van het aandeel allochtonen in de Nederlandse bevolking maakt dit onderzoek steeds relevanter. Deze is gestegen van 17% in 2000 naar 21% in 2014. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) verwacht dat dit zal toenemen naar 28% in 2050. Het onderzoek richtte zich op jongvolwassenen (18 – 35 jaar), waarbij ook autochtone Nederlanders, als controlegroep, in het onderzoek zijn opgenomen. Het onderzoek bestond uit een enquête onder meer dan duizend jongvolwassenen en groepsgesprekken.

Allochtonen bezoeken minder frequent ‘de groene omgeving’ buiten de stad
De respondenten van Turkse en Chinese afkomst die de groene ruimte buiten de stad bezochten, deden dit gemiddeld half zo vaak als de autochtone respondenten. In vergelijking met autochtonen bezochten minder Chinese allochtonen buitenstedelijk groen en ze gingen gemiddeld ook nog eens minder vaak, terwijl Turkse allochtonen in gelijke aantallen als autochtonen deze plekken bezochten maar gemiddeld minder vaak. Voor bezoeken aan groene gebieden binnen de stad zijn verschillen tussen etnische groepen nog groter. 70% van de respondenten van Turkse afkomst had deze gebieden bezocht in de voorgaande drie maanden, terwijl dat slechts gold voor 56% van de autochtone respondenten en 30% van de Chinese allochtone respondenten. Turkse allochtonen bezochten groen in de stad niet alleen in de grootste aantallen maar ook het meest frequent.

Het onderzoek is met veel zorg opgesteld om daarmee niet iedereen over één kam te scheren. Inderdaad blijkt dat of iemand allochtoon is niet zozeer gerelateerd is aan hoe hij of zij recreëert. Culturele achtergrond is echter wel degelijk van invloed op het gedrag. Kloek betoogt: “Het is belangrijk bij onderzoek en beleid gericht op participatie van allochtonen in recreatie in de groene ruimte een onderscheid te maken tussen etnische groepen, tussen participatieratio en participatiefrequentie en tussen binnenstedelijke en buitenstedelijke groene ruimte. Ook is het van belang om te kijken naar verschillende activiteiten en naar de heterogeniteit binnen etnische groepen.”

Turkse barbecues – met de familie
Turkse allochtonen vormen momenteel de grootste groep niet-westerse allochtonen in Nederland. De Turkse allochtonen in het onderzoek beschouwden urenlange familiebezoeken in de groene ruimte met uitgebreide barbecues als typisch Turks. Over dergelijke bezoeken werd tijdens de interviews uitgebreid en met veel enthousiasme gepraat. Ze gaven echter aan dat dergelijke bezoeken maar een paar keer per jaar plaatsvinden. Verder speelde bij de geïnterviewde Turkse allochtonen hun moslimachtergrond een rol in de beleving en waardering van de groene ruimte en natuur. Daarnaast gaven ze aan dat ze niet alleen zelf hun gedrag soms ‘typisch Turks’ vonden, maar dat ze ook door andere bezoekers werden benaderd als ‘Turks’. Zo voelden zij zich soms gediscrimineerd door andere bezoekers en door autoriteiten.
Turkse allochtonen bezochten het groen relatief vaak om sociale redenen, om samen te komen met familie of vrienden of nieuwe mensen te ontmoeten. Hun bezoeken waren relatief vaak in grote groepen.
Natuurbeeld: In het natuurbeeld van Turkse allochtonen speelde de islam een aanzienlijk rol; zij gaven nogal eens religieuze motieven voor de bescherming van natuur.

Chinezen recreëren ’typisch Nederlands’
Aziaten zijn volgens het CBS een sterk groeiende groep, die waarschijnlijk over een aantal decennia de Turkse groep in grootte voorbij zal gaan. Chinese allochtonen in het onderzoek beschreven hun recreatief gedrag
als typisch Nederlands. Hun Chinese achtergrond vonden ze wel van invloed op een aantal specifieke activiteiten, met name Tai Chi en activiteiten gerelateerd aan voeding zoals picknicken of kastanjes rapen. Ook gaven ze aan dat Chinezen houden van comfort en liever niet gaan kamperen. Chinese allochtonen hadden vergelijkbare motieven als autochtonen, maar bezochten de groene ruimte vaker individueel dan autochtonen deden.
Natuurbeeld: De bredere definitie van natuur van Chinese allochtonen weerspiegelt waarschijnlijk het traditionele Taoïstische/ Confucianistische beeld van natuur. Daarin wordt natuur niet zozeer gezien als tegengesteld aan cultuur, maar worden de hemel, aarde (natuur) en mens beschouwd als een samenhangend geheel.

Typisch jongvolwassenen
Het onderzoek richtte zich op jongvolwassenen, en er is ook gekeken welke invloed de leeftijd heeft op het recreatief gedrag; los van de culturele achtergrond. Ook dat kwam in de groepsgesprekken naar voren: “De deelnemers vonden het niet typisch voor jongeren om de groene ruimte frequent te bezoeken of van natuur te genieten. Wanneer ze de groene ruimte wel bezochten, was het vooral voor sportactiviteiten zoals hardlopen of voor sociale activiteiten zoals met vrienden in het park rondhangen. Wel waren er in alle etnische groepen enkelingen die vaak het groen in trokken en zich sterk verbonden voelden met natuur”
Autochtonen in het onderzoek gaven niet zo zeer aan dat hun Nederlandse afkomst belangrijk is voor hun recreatief gedrag. Waarschijnlijk speelt daarbij mee dat etnische achtergrond voor een dominante etnische groep
minder nadrukkelijk een rol speelt. Interessant detail: voedsel verzamelen in de groene ruimte was een tamelijk populaire activiteit ook bij de autochtone deelnemers aan het onderzoek. Dit gaat in tegen het beeld dat voedsel verzamelen typisch iets is voor (specifieke groepen) allochtonen.

Beleidsadviezen
Marjolein Kloek vertaalt de resultaten van haar onderzoek samen in diverse beleidsadviezen, waaronder:

  1. Wees je bewust van de diversiteit tussen etnische groepen en ga niet uit van ‘allochtonen’ als een homogene groep,
  2. Zet mensen van diverse komaf die wel vaak recreëren in het groen in als ambassadeur,
  3. Verdiep je in de communicatiekanalen die deze groepen gebruiken en pas je communicatiestrategie daar op aan,
  4. Ga kritisch na of de Nederlandse/westerse manier van recreatie en natuurbescherming de beste is en sta open voor andere manieren.

Het rapport staat nog niet online. Wilt u meer weten, stuur dan een mail naar: m.kloek@staatsbosbeheer.nl

Meer informatie:
www.staatsbosbeheer.nl
Wageningen UR

Eén reactie

  1. Zeer interessante studie, die ik in dit geval graag in zijn volledige vorm zou willen lezen !
    Ik ken zelf vanuit observatie een grote verscheidenheid aan recreatiepatronen, die opmerkelijk ethnisch gebonden zijn. In België is de Chinese gemeenschap klein. Ze vallen bijna niet op. In het “groen”-recreatiepatroon vallen hier wel de typerende recreatievormen op van Marokanen, Turken, (orthodoxe) Joden (in Antwerpen), Euro-expats (bedoel de mengelmoes van Euro ambtenaren – perslui etc in Brussel die een bijzonder apart bestedingspatroon vertonen… alsof ze samen een nieuwe ethnische groep vormen) , en mensen van Afrikaanse origines.
    Groet.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *